Terwijl ik de baby een flesje geef, nestelt een ander kindje zich gezellig tegen me aan met een pop in haar armen. Ze heeft haar baby zorgvuldig in een dekentje gewikkeld en ze kijkt me heel even aan als ze me vraagt: ‘We hebben geen flesje he?’ Als ik haar daarop vraag of we iets hebben wat er op lijkt, komt ze even later heel verrassend met een houten theezakje zonder labeltje aangelopen. Ze klemt het poppenhoofd in haar ene hand, het zakje in haar andere hand en wurmt dan net zolang heel geduldig tot het touwtje in het kleine gaatje in het poppenmondje verdwijnt. Met haar fijne motoriek en haar geduld is niets mis!
Ze geniet er zichtbaar van dat we een tijdje samen een baby de fles geven. ‘Later word ik gastouder en vandaag ben ik alvast een beetje aan het oefenen’, vertrouwt het 4-jarige meisje me toe. Ik onderdruk een lach, maar het meisje zit al helemaal in de rol en daar komt ze, heel verbazingwekkend, ook niet snel weer uit.
‘Zal ik jou een boekje voorlezen?’, vraagt ze aan haar broertje. ‘Kom maar’, en ze trekt hem zonder zijn antwoord af te wachten op schoot. Hoewel ze niet kan lezen hoor ik toch het verhaaltje er in grote lijnen en soms zelfs bijna woordelijk uit komen. Ze is merkbaar teleurgesteld als haar broertje laat merken er klaar mee te zijn. Maar een jonger meisje ploft daarop vrijwel direct vrijwillig op haar schoot.
Als ik aankondig dat we zo naar buiten gaan, begint ze alvast met het opruimen van rondslingerend speelgoed en spoort de anderen aan dit ook te doen. Ik vind het ineens interessant worden en vraag me grinnikend af op welke momenten ze mij een spiegel voorhoudt en wanneer ze even uit haar gastouderrol valt. ‘Dat gaat snel!’, complimenteert ze de kinderen. ‘Samen zijn we zo klaar.’ Het is alsof ik mezelf hoor praten.
Ik haal de jassen en de laarsjes alvast van de kinderkapstok uit de gang en ze helpt me met het uitdelen van de spullen. ‘Deze is van…?’ De jasjes leggen we omgekeerd op de grond klaar zodat de peuters er door middel van de grote truc zelf in kunnen kruipen; even door de knieën, twee armen door de mouwen steken, met een handige zwaai over het hoofd halen en… de jas is aan. Met z’n tweetjes helpen we de kinderen met de ritsen waar dat nodig is.
De laarsjes idem dito. Sommige kinderen trekken die zelfstandig aan en anderen met wat hulp. ‘Heb ik zo bananenvoeten?’, vraagt een peuter aan de gastouder in opleiding. Hierop kijkt ze me vragend aan en ik knik haar bevestigend toe waarop ze antwoord: ‘Ze zitten prima hoor! Dat heb je knap gedaan!’
‘Het is me vaker opgevallen hoe dit meisje spelend situaties naspeelt en verwerkt’
‘Geef je mij een handje?’, vraagt ze buiten aan twee kinderen. En daar gaan we; op naar de buitenavonturen met de bolderkar. Ze deelt kleine speeltjes uit aan de kinderen in de bolderkar. Ze is daarbij ineens heel streng. De peuters raken er een beetje gefrustreerd van. Ik besluit dan toch even in te grijpen door middel van afleiden. En ja hoor het werkt; als ik een liedje inzet vergeet ze even haar rol en iedereen ontspant weer.
Een paar dagen later krijg ik een appje van haar moeder. Ze vertelt me dat dochterlief de hele ochtend al druk is met de poppen en het erop lijkt dat ze gastouder is. ‘Alle poppen zitten in een karretje lekker warm ingepakt onder een dekentje en worden goed voorzien van eten en drinken.’
Ik moet lachen om de meegestuurde foto. Het is me vaker opgevallen hoe dit meisje spelend situaties naspeelt en verwerkt. Tot in de kleinste details en heel creatief. Ik ben benieuwd hoelang ze de gastouderrol gaat naspelen en welke andere er nog volgen.