Bso
Weer een begrotingsmeevaller verwacht in 2015
Bureau Buitenhek durft de prognose wel aan dat er in 2015, net als in de afgelopen twee jaar, een forse begrotingsmeevaller ontstaat op de kinderopvangportefeuille. Dat komt omdat het Rijk uitgaat van een groei van het aantal kinderen met toeslag in 2015 en de jaren daarna. Buitenhek houdt rekening met een meevaller van tenminste 100 miljoen euro.
Rotterdam krimpkoploper kinderopvang
Vraaguitval in de kinderopvang grijpt niet overal even hard om zich heen. De regionale verschillen zijn groot. Onderzoeksbureau Buitenhek heeft de vraaguitval in 2013 per gemeente in beeld gebracht. De vier krimpkoplopers zijn hetzelfde als in 2012: Amsterdam, Rotterdam, Den Haag en Almere. Maar in Rotterdam liep de vraag naar kinderopvang het meest terug.
Regeldruk: hier ergeren we ons het meeste aan
In opdracht van het Ministerie van Sociale Zaken heeft onderzoeksbureau Panteia onderzocht aan welke regels medewerkers en houders in de kinderopvang zich het meeste storen. Ook bekeek het bureau wat deze regeldruk feitelijk kost in euro's, zowel voor de dagopvang en het peuterspeelzaalwerk als de bso en de gastouderopvang. Panteia deelde de regeldruk in verschillende categorieën: de administratieve lasten, financiële regeldruk, inhoudelijke nalevingskosten en toezichtslasten. Bekijk de tien meest ergerlijke regeltjes.
Asscher wil ‘kwaliteitseisen op maat’
Het is al even bekend dat minister Asscher van Sociale Zaken wil toewerken naar een nieuwe toezichtvorm op de kinderopvang. In Het Nieuwe Toezicht moeten alle knelpunten die nu worden ervaren verdwenen zijn, maar tegelijkertijd moet de kwaliteit van de kinderopvang omhoog. Asscher heeft nu concreet voor ogen hoe hij, in samenwerking met de branche, het toezicht op kinderopvang wil verbeteren en wat daarvoor de komende jaren nodig is.
Bestuurlijke fusie SKE en Humanitas
De besturen van Stichting Kinderopvang Enschede (SKE) en Stichting Kinderopvang Humanitas zijn gefuseerd. In juli brachten de twee grote kinderopvangorganisaties al naar buiten dat ze de samenwerking onderzochten. De samenwerking is opvallend, omdat beide partijen grote aanbieders van kinderopvang zijn.
Overgangstermijn ‘gelijkwaardige alternatieven’ verlengd
Regels zijn regels zou je denken. Toch is er in de kinderopvang ruimte om af te wijken van geldende kwaliteitseisen, mits je een zogenoemd 'gelijkwaardig alternatief' hanteert. Bureau Bartels deed in opdracht van het ministerie van Sociale Zaken onderzoek naar de hoeveelheid van zulke gelijkwaardige alternatieven in de kinderopvang. In de dagopvang komen 32 en in de bso 53 alternatieven voor die worden gedoogd door de inspectie. Organisaties krijgen nog tot 1 juli 2017 de gelegenheid om zich aan te passen aan de bestaande regels.
Meer kinderen naar kinderopvang, minder uren
Het aantal kinderen dat naar de kinderopvang gaat, is in het tweede kwartaal van 2014 heel licht gestegen met duizend kinderen ten opzichte van het eerste kwartaal. Maar ze komen gemiddeld wel minder uren: 3 procent minder uren dan eerder dit jaar. Vooral kinderen in gezinnen met een modaal inkomen en iets daarboven nemen minder uren kinderopvang af.
Kinderopvang is te duur voor ouders in aandachtswijk
Meer dan in andere wijken, zijn in aandachtswijken de hoge kosten voor ouders de belangrijkste reden om te stoppen met kinderopvang. Minister van Sociale Zaken Lodewijk Asscher liet hier speciaal onderzoek naar doen. Gemiddeld zegde 40 procent van de ouders opvang op vanwege het geld, in aandachtswijken is dit duidelijk hoger: 61 procent in de dagopvang en 55 procent in de buitenschoolse opvang.
Oost-Europese kinderen vaak sleutelkinderen
Veel kinderen van Poolse, Bulgaarse en Roemeense afkomst moeten zichzelf redden na schooltijd. Hun ouders zijn vaak lager opgeleid, maken lange werkdagen, maar hebben geen geld om de buitenschoolse opvang te betalen. In totaal lopen 21.700 kinderen dit risico, blijkt uit onderzoek van kenniscentrum voor vluchtelingen Pharos.
Klanten kinderopvang zijn iets minder gaan werken
Ouders die in 2011 klant waren bij de kinderopvang, werken vandaag de dag iets minder uren. Moeders werken nu gemiddeld 1,6 uur minder per week. De arbeidsduur van vaders nam af met 0,7 uur bij de dagopvang en 1,4 uur bij de buitenschoolse opvang. De daling is het grootst bij moeders in gezinnen die geen kinderopvang meer afnemen. Toch is er geen sprake van een grote afhankelijkheid van kinderopvang. Slechts 2 tot 3 procent van de ouders is minder gaan werken omdat ze minder kinderopvang afnamen.