Vorige week zat ik, in kleermakerszit, midden in de klas. Op de grond. Het was de tweede les aan deze groep en ik weet zeker dat een aantal van de studenten gedacht heeft dat juf was doorgedraaid. Het gaf aanvankelijk een wat ongemakkelijke stilte (ik had in ieder geval de aandacht…!). Waarop ik vroeg: ‘Doen jullie dit weleens op stage? Gewoon zitten om bijvoorbeeld te kijken naar het spel van kinderen?’ Ik wist van te voren wat het antwoord zou zijn en toch trof het mij recht in mijn pedagogisch hart. ‘Nee joh! Daar hebben we echt geen tijd voor!’
Ik vertelde over het onderzoek van Elly Singer. Over de enorme invloed van het gedrag van de pedagogisch medewerker op het speelgedrag van kinderen. Hoe meer de pedagogisch medewerker ‘rondloopt’, hoe meer het kind gaat fladderen. Even hier en even daar. Het op één plek zitten geeft rust. Kinderen weten waar je bent en komen zo makkelijk tot spel en wellicht nog belangrijker, blijven ook langer ‘in’ hun spel. Ik gaf mijn studenten de opdracht dit eens uit te proberen.
‘Juf. Ik heb hét gedaan! Ik ben gaan zitten. Het was heel gaaf’
Sommigen (eerstejaars) vonden het nogal gek: ‘Wat zou mijn stagebegeleidster daar wel niet van vinden?’ Ik zei: ‘Ik denk dat ze het geweldig vindt.’ En zo niet dan vertel je haar over (lees: sla je haar om de oren met) het onderzoek. Als het je helpt: zeg dat het moet van de juf. Potverdorie. ‘Ga gewoon op die grond zitten!’
Over tot de orde van de dag.
Deze week. Dezelfde klas. Bij binnenkomst zichtbaar opgelucht dat juf gewoon vóór de klas staat. Eén student valt mij meteen op. Ze straalt. Nog voor ik iets kan zeggen, zegt zij: ‘Juf. Ik heb hét gedaan! Ik ben gaan zitten. Het was heel gaaf. Eén peuter was met een treintje aan het spelen. Ik ging met een ander treintje een beetje op en neer rijden en ineens waren er wel acht peuters om mij heen. Ze gingen allemaal mee spelen…. Ze waren heel rustig….’
Mijn pedagogisch hart maakt een sprongetje. Er verschijnt zelfs bijna een traan. Dit is waarom ik het doe. Er is hoop. Sterker nog, er ligt een geweldige toekomst. Wij hoeven ze alleen maar te voeden. Mede dankzij de geweldige onderzoeken van (o.a.) Elly Singer, kunnen wij dat ook. Gisteren bij de boekpresentatie van Speels, liefdevol en vakkundig geweest. Ook daar voelde ik soms bijna tranen opkomen. Gewoon omdat ik zo blij ben voor de kinderen van Nederland. En zo gelukkig dat ik weer iets concreets in handen heb waar ik ze mee kan (blijven) voeden.
Elly Singer (en Dorian de Haan): Oprecht. Dankjewel.