Of het dat kleintje is, de grijze koude dagen, alles wat in de wereld gebeurt en in de levens van dierbaren of de melancholie die bij de laatste dagen van het jaar hoort: gedachtes, inzichten en gebeurtenissen komen heftiger binnen. De afgelopen weken komen er nogal wat dingen op mijn pad die me verbazen, blij maken, ontroeren, verdrietig maken en wakker schudden. Ik kom tot de ontdekking dat sommige aannames de plank volledig misslaan en dat er meer schuilgaat achter een glimlach dan gedacht. Ik hoor verhalen over zorgen, ziekte en verdriet.
Ik moet denken aan het filmpje dat ik zag van Erik Scherder, Nederlandse hoogleraar neuropsychologie. Aan de mensen in de zaal vraagt hij wie er een halve dag per week zijn bureau leeg veegt en met de benen op tafel naar buiten gaat zitten kijken. Niemand in de zaal. Uurtje per week? Niemand. Een dag per maand? Niemand. Terwijl juist die halve dag, dat uurtje naar buiten staren zoveel meer inzichten kan geven.
‘Op zo’n moment voel ik me heel rijk. En als ik het hardop zeg, zitten de tranen hoog’
Toen ik daar afgelopen week met iemand over sprak, was onze conclusie dat we maar door blijven denderen, terwijl we drommelsgoed weten dat rust op zijn tijd ruimte maakt voor nieuwe ideeën, maar ook voor gesprekken. En dat uit persoonlijke gesprekken begrip en respect voortvloeien.
Of het dat kleintje is, de koude dagen, wat er in de wereld gebeurt, de melancholie, maar in datzelfde gesprek zei ik dat er maar één ding belangrijk voor me is en dat is mijn gezin, mijn kinderen, hun partners en nu dus ook onze kleindochter. Als het stel bij ons is, hoeven mijn echtgenoot en ik elkaar alleen maar aan te kijken en verder niets te zeggen. Op zo’n moment voel ik me heel rijk. En als ik het hardop zeg, zitten de tranen hoog.
Ik realiseer me eens te meer dat ook al onze peuters, hun ouders en verzorgers, de pedagogisch medewerkers en hun gezinnen ieder zo hun eigen verhaal hebben. Dingen die belangrijk voor ze zijn, waar ze wakker van liggen, waar ze zorgen om hebben of die hen juist heel blij maken.
Maar ook voel ik deze dagen nog duidelijker de kwetsbaarheid van een mensenleven, zie ik hoe snel geluk om kan slaan in verdriet, hoe een kabbelend leven ineens in een storm terecht kan komen. En des te meer realiseer ik me welke belangrijke taak we als peuteropvang hebben. Hoe belangrijk het is dat we er zijn voor peuters en hun ouders, dat we echt naar ze luisteren, ze zien en horen. Maar ook hoe belangrijk het is dat we als collega’s tijd voor elkaar hebben, even een praatje maken, of zoals veel van onze pedagogisch medewerkers doen: samen iets gezelligs ondernemen.
Het maakt niet uit of het dat kleintje is, de grijze koude dagen, alles wat in de wereld gebeurt of de melancholie die bij de laatste dagen van het jaar hoort. Belangrijk is dat het inzicht er ís en dat ik daar iets mee doe en blijf doen.