Dat effect wordt, volgens de BK, nog eens versterkt door het verruimen van de koppeling gewerkte uren voor de buitenschoolse opvang, waarvoor de budgettaire dekking binnen de toeslagtabel zelf gezocht wordt. Afgelopen voorjaar, toen dit besluit ter internetconsultatie opengesteld werd, zei de BK daarover: ‘Per 1 januari 2022 wordt de koppeling gewerkte uren in de Buitenschoolse Opvang verruimd. Tot op
heden is het zo dat ouders voor 70% van het aantal gewerkte uren van de minst werkende ouder
aanspraak kunnen maken op kinderopvangtoeslag. Dat gaat net als in de dagopvang per 1 januari
2022 naar 140%. Het kabinet signaleert met name een belemmering bij ouders die in de
avonden/weekenden werken wanneer zij slechts 70% van de gewerkte uren vergoed krijgen. Om
deze reden is het kabinet voornemens de koppeling gewerkte uren ook voor de BSO op 140% te
zetten.‘
Verhoging eigen bijdrage
Volgens de BK zien ouders die er geen baat bij hebben dat de koppeling gewerkte uren voor de buitenschoolse opvang verruimd is, zich geconfronteerd met een verhoging van de eigen bijdrage van 1,5 procent. ‘Doordat de verruiming van de koppeling gewerkte uren “budgetneutraal” gebeurt, neemt deze eigen bijdrage van ouders dus toe.’
Hogere kosten voor organisaties
Daarnaast krijgen veel kinderopvangorganisaties te maken met hogere kosten als gevolg van kosten die gemaakt worden voor het werven van personeel en de jaarlijkse inflatie. Afgelopen voorjaar lag 65 procent van de tarieven in de dagopvang boven het toeslagtarief en bij de buitenschoolse opvang is dat zelfs 87 procent, stelt de BK. ‘Het risico dat meer en meer kinderopvangorganisaties een tarief hanteren boven het fiscaal toeslagtarief neemt daarmee snel toe. Een snel stijgende eigen bijdrage van ouders is dan onvermijdelijk, en dat raakt voornamelijk de lagere inkomens.’
