Gaat een peuterspeelzaal over op peuteropvang onder de vlag van een kinderopvangorganisatie (harmonisatie), dan verandert daarmee ook de functie van de leidster. Zij wordt een pedagogisch medewerker met een andere cao, een ander salaris en nog meer andere arbeidsvoorwaarden. In het sociaal plan dat in 2011 al door de Brancheorganisatie Kinderopvang, MOgroep Welzijn & Maatschappelijke Dienstverlening en de vakbonden is afgesproken, staat hoe de werkgever deze overgang moet regelen.
Kwalificatietraject
Als een kinderopvangorganisatie en een peuterspeelzaal plannen hebben om te gaan harmoniseren, moet dit worden gemeld bij de CAO-betrokken bonden in de regio. Zodra het sociaal plan in werking treedt, valt de leidster onder de cao Kinderopvang. Als een leidster niet voldoende gekwalificeerd is om als pedagogisch medewerker aan de slag te gaan, dan moet de werkgever kwalificatie-traject, zoals EVC, bekostigen.
Baangarantie of ontslag
De werkgever moet zich volgens het plan inspannen om een werknemer aan het werk te houden. Lukt dit niet en is een ontslag onvermijdelijk dan gelden voor de medewerkers de regels uit de oude cao (Welzijn en Maatschappelijke Dienstverlening). Blijft de medewerker gewoon aan het werk, dan moet zij drie maanden voordat de cao Kinderopvang van kracht is hierover worden ingelicht door de werkgever. Medewerkers houden bij een overgang aanspraak op hun bruto salaris met daar bovenop een compensatiestijging van 3 procent over het oorspronkelijke salaris. Het sociaal plan bespreekt echter allerlei uitzonderingssituaties.
Bezwarencommissie
Bij een conflict over de harmonisatie tussen werkgever en werknemer zal een bezwarencommissie bepalen wie er gelijk krijgt. In de bezwarencommissie nemen in ieder geval plaats een lid van de vakbond en een lid van werkgeverszijde. Zij wijzen een derde persoon aan die voorzitter wordt van de commissie.