Dit blijkt uit een meerjarig onderzoek van de Universiteit van Utrecht, door prof. Dr. Paul Leseman en Dr. Lotte Henrichs. Tussen 2012 en 2015 werden 185 kinderen in Utrecht gevolgd; 91 peuters en 94 kleuters. De pedagogisch medewerkers en leerkrachten van de kinderen werden twee keer per jaar geobserveerd en kregen daarna gedetailleerde feedback op hun handelen. Zij ontvingen tips voor verbetering van emotionele ondersteuning en op het gebied van educatieve ondersteuning.
Educatieve ondersteuning
Vooral op dat laatste aspect scoren pm’ers ondergemiddeld. Dat is niet alleen in Nederland zo, ook in andere landen hebben pm’ers moeite met de educatieve ondersteuning van kinderen. Na de investering in de kwaliteit van medewerkers in Utrecht, steeg de score op educatieve ondersteuning aanzienlijk. De onderzoekers zagen dit binnen anderhalf jaar naar het kenmerk ‘goed’ gaan. Dat is opvallend positief vergeleken met andere onderzoeken.
Het Pre-COOL-onderzoek toonde onlangs ook aan dat de educatieve kwaliteit van voorschoolse voorzieningen beter kan. Als oplossing werd aangedragen om pedagogisch medewerkers te professionaliseren. Lees meer over het pre-COOL-onderzoek.
Taal en rekenen
Eerder al concludeerde Leseman samen met De Haan en Elbers dat niet het VVE-programma bepalend is voor het effect, maar de kwaliteit van het professionele handelen. Reden voor de gemeente Utrecht om onder de noemer ‘Nu voor Later’ extra te investeren in een inhoudelijk kwaliteitskader voor educatie van het jonge kind. Het blijkt dat daar waar geïnvesteerd is, professionals hoger scoren op educatieve kwaliteit en dat als de kwaliteit hoog is, kinderen daar ook van profiteren. Zij gaan vooruit op het gebied van taal en rekenen.
Feedback pm’ers
De adviezen die pm’ers en leerkrachten kregen gedurende het onderzoek hadden het meest betrekking op de educatieve ondersteuning (het stimuleren van taalontwikkeling >19,8 procent en conceptontwikkeling >12,5 procent) en de kwaliteit van feedback > 9,9 procent. Binnen het domein van emotionele ondersteuning betroffen de tips het vaakst de dimensie Aandacht voor kindperspectief (14,1 procent). Verder liet een observatie van de groepen zien dat kinderen in peutercentra zich het meeste bezighouden met vrij spel (25 procent), transities, oftewel de overgang van het één naar het ander (20 procent) en educatieve gesprekken (15 procent).
Wilt u dit nieuwe wetenschappelijke inzicht over VVE delen met ouders? Download dan een korte tekst die u zelf kunt aanpassen of één op één kunt gebruiken in uw nieuwsbrief, op de website of ander communicatiemiddel. Download de tekst
Lees het onderzoek Onderzoeksrapport VVE Utrecht 2012 – 2015 hier:
Dat is precies wat we doen met de landelijk gesubsidieerde training Oog voor interactie: D.m.v. concrete observatie en feedback werken we aan de cruciale 6 vaardigheden van de pm-er ….los van welke (VVE)methode dan ook!
Daarnaast:
-pm-ers leren ook elkaar te observeren en feedback te geven. Dat versterkt de kwaliteit van het gehele team.
-Aan het eind van de training wordt deze werkwijze geïmplementeerd in de organisatie. Daarmee wordt de gewonnen kwaliteit geborgd.
Laten we hopen dat verworven inzichten uit onderzoek en op landelijk geld ontwikkelde producten samen gaan komen en een krachtige impuls gaan geven aan de kwaliteit van de pm-ers!