Dat Nederlandse ouders recht hebben op een relatief kort ouderschapsverlof, betekent dat zij gedwongen worden hun kinderen op jonge leeftijd naar de (formele of informele) opvang te brengen of om (gedeeltelijk) te stoppen met werken. Moeders krijgen zestien weken betaald verlof en zij kunnen 26 weken onbetaald verlof opnemen. Sinds enkele jaren hebben ouders in Duitsland en Engeland recht op twaalf tot veertien maanden betaald verlof na de geboorte van een kind. Dat is een behoorlijk groot verschil.
Ouderschapsverlof
Lang ouderschapsverlof is al lang niet meer alleen toebedeeld aan Scandinavische en Finse ouders. Marilse Eerkens vraagt in haar artikel aandacht voor de inhaalslag die vooral Engeland en Duitsland hebben gemaakt. In Engeland is het zwangerschapsverlof uitgebreid tot bijna één jaar. Peuters krijgen vanaf dat ze twee jaar oud zijn vijftien uur gratis opvang op een peuterspeelzaal per week.
Wetenschappelijk onderzoek
Volgens onderzoeker Serv Vinders baseert Engeland het beleid veel meer op wetenschappelijk onderzoek dan Nederland. De langetermijneffecten van babyopvang zijn discutabel. Dat verklaart de keuze voor een langer ouderschapsverlof. De Engelse professor Edward Melhuish, verbonden aan de universiteit van Oxford en Londen, doet onderzoek naar de effecten van peuteronderwijs. Eerkens meldt in het artikel dat de effecten gunstig zijn, zelfs nog als kinderen al 14 jaar oud zijn. Dit onderzoek is dan ook dé aanleiding voor de gratis uren peuteronderwijs in Engeland.
Band ouder en kind
In Duitsland was het schrikbarend lage geboortecijfer (1,4 tegen 1,75 in Nederland) één van de redenen om te investeren in een goede verlofregeling voor ouders. Hoewel dat cijfer tot nu toe nog niet omhoog is gegaan, wil ‘de Duitse overheid wel de mogelijkheid bieden voor ouders om in alle rust en zonder geldzorgen een goede band op te bouwen’, aldus Eerkens in het artikel.
Peuterplannen Asscher
De peuterplannen van minister Asscher om de versnippering van opvangvoorzieningen voor peuters aan te pakken, is misschien een begin van een Nederlandse visie voor het jonge kind. De stapjes zijn klein, maar er is voor het eerst wel sprake van beweging. Maar er valt niet te ontkennen dat er in Nederland nog altijd vaker een economische aanleiding is om te investeren in voorzieningen voor het jonge kind dan een pedagogische. Volgens Eerkens wordt er in andere landen meer vanuit een visie gehandeld waarbij de ontwikkeling en het welbevinden van het kind centraal staat.
Nog geen paradijs
Dat het ideale beleid voor het jonge kind niet van het ene op het andere moment is uitgerold, bewijzen de kleine tegenslagen die Engeland en Duitsland ondervinden. Eerkens: ‘Zo heeft Duitsland nog veel moeite om ouders na die veertien maanden verlof een goede kinderopvangplaats te bieden.’ In Engeland is kinderopvang extreem duur. Ouders zijn gemiddeld een kwart van hun inkomen hieraan kwijt. In Nederland is dit 10 procent. Volgens Eerkens is het te vroeg om de twee buurlanden een paradijs op aarde te noemen voor jonge kinderen, maar kan Nederland wel een voorbeeld nemen aan de manier waarop beide landen hun visie hebben ontwikkeld.
Lees het complete artikel ‘Het kan wél: een heel jaar ouderschapsverlof in crisistijd’ van Marilse Eerkens in de Correspondent.