Dit deelt BOinK in een standpunt over de nieuwe bkr op de website. Vanaf 1 januari van dit jaar geldt dat pedagogisch medewerkers maximaal drie in plaats van vier baby’s per persoon mogen opvangen. Deze maatregel maakt deel uit van een groot pakket aan maatregelen die de kwaliteit van kinderopvang moet verbeteren. BOinK is voorstander van de nieuwe bkr voor baby’s. Wat de belangenorganisatie betreft gaat de discussie al lang lang niet meer over de noodzaak van de maatregel, maar wel over de betaalbaarheid.
Praktijkonderzoek Buitenhek
BOinK was één van de initiatiefnemers van het praktijkonderzoek naar de kosten die gemoeid gaan met de invoering van de nieuwe bkr. Dit onderzoek werd uitgevoerd door Bureau Buitenhek. Hieruit kwam de aanbeveling dat de maximum-uurprijs met 7 procent moest stijgen. Dat is 2 procent meer dan wat de staatssecretaris nu heeft toegezegd.
Overmacht
De groep kleine locaties zou het, volgens BOinK, moeilijker hebben om aan de nieuwe bkr te voldoen. Het gaan vooral om locaties met één of twee groepen. Wanneer deze groep aanbieders zich aantoonbaar heeft ingespannen om aan de nieuwe ratio te voldoen, moet er uitstel verleend kunnen worden. Zaken als personeelsgebrek of andere situaties van overmacht mogen wat BOinK betreft niet leiden tot boetes.
Maatwerk
Kinderopvangorganisaties geven op uiteenlopende manier invulling aan de nieuwe bkr-maatregel, zo blijkt uit een oproep van Kinderopvangtotaal op Facebook. Zo heeft iemand ervoor gekozen om de leeftijd van uitstroom naar de dreumes-peutergroep te verlagen van 15 naar 12 maanden. Een ander heeft het aantal babyplekken teruggebracht waardoor er een wachtlijst voor baby’s is ontstaan. Veel organisaties hebben een vierde pedagogisch medewerker erbij gekregen. Daar wordt veel op gereageerd omdat collega-beroepskrachten benieuwd zijn of het nu niet te druk is op de groep. het is duidelijk dat er geen eenduidige beste oplossing te geven is en dat de situatie per locatie enorm verschilt.