Ook tijdens de tweede sluiting van de reguliere kinderopvang, geldt de noodopvang voor:

• kinderen van wie één of beide ouders werken in een cruciale beroepsgroep;
• kinderen voor wie vanwege bijzondere problematiek of een moeilijke thuissituatie maatwerk nodig is.

De noodopvang is wel anders geregeld dan tijdens de eerste sluiting van de kinderopvang in het voorjaar van 2020: noodopvang die door een kinderopvangorganisatie wordt geboden is alleen beschikbaar voor kinderen van ouders die een contract hebben met de kinderopvang en voor het aantal uren dat in het contract is afgesproken. Ook is er ditmaal geen 24-uursopvang.

Cruciale beroepen

Hoewel de Rijksoverheid een overzicht heeft gemaakt van de cruciale beroepsgroepen, vraagt Kitty zich op Facebook af of minister-president Mark Rutte nog eens duidelijk kan uitleggen voor wie de noodopvang is, want, zo zegt ze: ‘Of ik begrijp hem verkeerd, of we hebben een heleboel ouders met ‘hoge nood’. Er klinken geluiden dat de meeste kinderen gewoon komen, op enkele na. ‘Veel drukker dan de vorige keer’, zegt Mirjam. ‘Veel meer!’, reageert Eldert. ‘Ook van wie je weet dat ze thuis werken. Dit is geen lockdown…’

Daardoor klinkt ook het pleidooi om de kinderopvang (en scholen) zo snel mogelijk weer te openen. Mo: ‘We zijn veel drukker, er zijn nu maar een paar kindjes die buiten de boot vallen en geen opvang krijgen… Dan gewoon helemaal open, zodat we geen kinderen hoeven buiten te sluiten.’

Andere oplossingen

Dominique ziet ook meer ouders die zich aanmelden voor noodopvang van hun kinderen, maar dat zijn ouders die in het voorjaar ook recht op noodopvang hadden, maar voor een andere oplossing kozen. Ze ziet dat opa’s en oma’s die toen ingezet werden, nu ontlast worden. Ze gaat het gesprek met ouders aan van wie slechts één ouder een cruciaal beroep heeft. Of er geen andere oplossing is dan noodopvang. Daar wordt positief op gereageerd door ouders. Sommigen gaan op zoek naar een andere oplossing. ‘Als dat niet lukt, is hun kind natuurlijk welkom.’ Zahra ziet dat er veel minder gebruik wordt gemaakt van noodopvang dan in het voorjaar. ‘Ouders houden zich gelukkig aan de nieuwste maatregelen.’

Noodopvang

De discussie over wanneer een beroep (en dus opvang nodig is) wel of niet cruciaal is klinkt ook. Sommigen zeggen: ‘Noodopvang is er voor wanneer het écht niet anders kan.’ Daar vallen dus ook ouders onder die geen cruciaal beroep hebben, maar met geen mogelijkheid thuis kunnen werken. Linda heeft een moeder laten weten dat haar kind na schooltijd welkom is op de opvang, omdat deze moeder in een niet-essentiële winkel werkt, maar daar wel heen moet om op te ruimen en schoon te maken. Als ze vrij neemt, trekt de werkgever die dagen af van haar vakantiedagen, schrijft Linda. Ze heeft geen sociaal netwerk en moet haar kind anders meenemen naar het werk, van 9.00 tot 18.00 uur. ‘Ik ben blij voor het kind iets anders te kunnen bieden.’

Psychische nood

Ook de psychische nood is soms hoog. Lian vertelt van een kind van wie de moeder niet met kinderen om kan gaan. Ze krijgt psychische hulp en er is hulp voor het gezin. Het kind ging drie dagen naar de dagopvang, en zit nu thuis. ‘Hier krijg ik buikpijn van’, reageert Monique. Nanda schrijft: ‘Dit is dus het voorbeeld waar noodopvang moet worden geboden, omdat de kinderen opgroeien in een problematisch gezin en het dus kwetsbare kinderen betreft.’

Samengevat doen pedagogisch medewerkers en managers er alles aan om noodopvang te bieden aan kinderen en gezinnen die dit hard nodig hebben. Daarbij is regelgeving soms nog verwarrend en wordt er gepleit voor opening van de kinderopvang.

Praat samen met collega’s over actuele onderwerpen op onze Facebookpagina >>