Dit schrijft minister Asscher in een brief aan de Tweede Kamer. Met SMI-middelen kunnen gezinnen met medische problematiek financieel ondersteund worden bij kinderopvang. Als ouders een medische aandoening hebben of als zij moeten zorgen voor een kind met een medische aandoening, kunnen zij niet altijd werken. Daarmee hebben ze ook niet of minder recht op kinderopvangtoeslag. Dit kan gecompenseerd worden met de SMI-middelen.
Gebruik SMI
In 20016 was er in totaal 28 miljoen euro beschikbaar voor gemeenten via het gemeentefonds. Veruit de meeste gemeenten (87,5 procent) heeft SMI vastgelegd in beleidsregels. Gemeenten die dit niet hebben gedaan ondersteunen gezinnen met medische problematiek ook wel bij de financiering van kinderopvang, maar dit komt dan uit een ander potje. Gemeenten zetten SMI wel heel verschillend in. Zo zijn er gemeenten die de besteding van het geld meer overlaten aan de ouders, maar er zijn ook gemeenten die de uitvoering dichter bij zichzelf houden en SMI als een laatste toevlucht gebruiken. Er zijn gemeenten die zich richten op zowel de ouder als het kind en er zijn gemeenten die zich alleen richten op de situatie van de ouder.
Maatwerk
Dat maatwerk en lokale verschillen vindt minister Asscher niet zo’n probleem. Verankering in de wet is volgens gemeenten niet direct een oplossing omdat dit maatwerk in de weg kan staan. De mogelijkheid om maatwerk te kunnen bieden, is nodig om de diverse doelgroep te kunnen bedienen. Asscher wil gemeenten complimenteren met hoe zij dit thema de afgelopen twee jaar hebben opgepakt.
Bekendheid bij professionals
Dat betekent niet dat de minister helemaal tevreden is. Op punten als financiële toegankelijkheid en bekendheid onder professionals is volgens minister Asscher winst te boeken. Professionals die de SMI-regeling niet kennen, zullen gezinnen hier niet snel op wijzen. Uit het onderzoek blijkt dat 43 procent van de verwijzers (bijvoorbeeld huisartsen, maatschappelijk werkers en wijkteams) de regeling kennen. Van deze groep wees 92 procent een cliënt wel eens door. Asscher ziet graag dat ouders en vooral wijkteams daarom bekender raken met de regeling. En eerstelijns gemeentemedewerkers moeten wat hem betreft ook meegenomen worden in de informatievoorziening.
Ruim een jaar geleden riep minister Asscher ook al op om de bekendheid van de SMI-regeling te vergroten. Wat riep de minister toen op? Lees meer
Kinderopvangtoeslagtabel
Verder valt op dat de financiële toegankelijkheid van SMI niet is toegenomen sinds 2014. Het is inkomensafhankelijk. In 2016 hanteert 45 procent van de gemeenten een financiële drempel. Onder die gemeenten hanteert 72 procent een drempel tot 120 procent van de bijstandsnorm. Verder zijn er verschillen tussen gemeenten welke bijdrage er vervolgens aan gezinnen verstrekt wordt. 35 procent van de gemeenten, waaronder de G4-gemeenten gebruikt de tarieventabel Kinderopvangtoeslag. Asscher vindt het zorgelijk dat sommige gemeenten aangeven dat doelgroepgezinnen vanwege de kosten geen beroep doen op SMI-middelen. Hij vindt dat gemeenten naar een goede balans moeten zoeken om juist deze gezinnen te kunnen helpen.
Informatievoorziening
Gemeenten gaven aan behoefte te hebben aan een visie op SMI vanuit het Rijk. Minister Asscher doet hiervoor alvast een voorzet in zijn brief. Als eerste vraagt hij de VNG om in samenwerking met het ministerie van Sociale Zaken een niet-bindende richtlijn op te stellen die gemeenten kunnen gebruiken als leidraad. Verder worden er ook de komende jaren themabijeenkomsten over SMI georganiseerd met aandacht voor best practices. Het Rijk gaat verder standaardteksten beschikbaar stellen die gemeenten kunnen plaatsen op hun websites en in informatiefolders. Wijkteams moeten deze informatie dan ook krijgen.
Lees meer in de brief van minister Asscher
Download het Eindrapport onderzoek kinderopvang sociaal medische indicatie