
‘Wij bepleiten, met de SER, een ontwikkelrecht voor alle kinderen van nul tot vier jaar, ingebed in voorzieningen van nul tot twaalf jaar. Gezien het belang van een brede talentontwikkeling en kansengelijkheid zou dit ontwikkelrecht zich op termijn moeten uitbreiden naar kinderen tot en met twaalf jaar.’ Hoewel minister Asscher eerder wel gereageerd heeft op het SER-advies, schuift hij de werkelijke uitvoering daarvan vooruit naar een volgend kabinet. De vijf partijen vinden dit een gemiste kans. ‘Uitstel van beleidskeuzes hierin, mag niet leiden tot afstel van investeringen in een ontwikkelrecht.’
Kansenongelijkheid
De organisaties voeren meerdere redenen aan om juist nu te beginnen met het realiseren van een sterke basisvoorziening voor alle kinderen. Om te beginnen van 0-4 jaar. Bijvoorbeeld de groeiende kansenongelijkheid in het onderwijs dat recent door de Inspectie van het Onderwijs is aangetoond. De toestroom van jonge vluchtelingenkinderen is nog een aanleiding om voor een sterke basisvoorziening te zorgen.
Knelpunten samenwerking
In andere Europese landen is deze les al lang getrokken. Nederland loopt daar ruimschoots op achter, vinden de vijf partijen. Ondanks weinig stimulerende maatregelen vanuit de overheid, zoeken organisaties in het werkveld elkaar al op om samen te werken. Zij stuiten echter op botsende wet- en regelgeving. De door staatssecretaris Sander Dekker en minister Lodewijk Asscher ingevoerde taskforce moet de samenwerking tussen onderwijs en kinderopvang vergemakkelijken. ‘Bied deze taskforce kans om met vernieuwende voorstellen te komen, voorkom een herhaling van zetten’, adviseren de partijen.
Plannen combineren
Ook vragen de partijen om bepaalde ontwikkelingen in samenhang op te pakken. Zij doelen daarmee op maatregelen om de kwaliteit en toegankelijkheid van de kinderopvang te verbeteren en het stimuleren van de doorgaande ontwikkellijn van jonge kinderen. Er is ook een samenhang met de maatregelen die staatssecretaris Dekker in zijn brief over de effectiviteit van VVE heeft gepresenteerd. ‘Wij pleiten er daarom voor deze maatregelen en voorstellen van het kabinet niet los van elkaar te bekijken en een einde te maken aan de versnippering en instabiliteit van beleid rondom voorzieningen voor jonge kinderen.’
Ontwikkelrecht
De vijf partijen zeggen tot slot blij te zijn met de bestuurlijke afspraken met de VNG waardoor er aandacht is voor een groep peuters die buiten de kinderopvangtoeslag en VVE-subsidie valt. Wel benadrukken zij dat het eindbeeld van een ontwikkelrecht voor alle kinderen niet uit het oog mag worden verloren. De partijen uiten hun zorgen of het budget dat hiervoor beschikbaar wordt gesteld uiteindelijk genoeg zal zijn om het ontwikkelrecht waar te maken. Het gaat nu nog op twee dagdelen, maar de Onderwijsraad en SER adviseren minstens vier dagdelen.
Lees de brief hier: