Uitvallen door ziekte is nooit prettig, niet voor de werkgever vanwege de roosterplanning maar ook zeker niet voor de zieke werknemer. Maar heeft een werknemer met een nulurencontract wel of geen recht op loondoorbetaling bij ziekte? De BMK zet belangrijke informatie daarover op een rij.

Ziek tijdens oproepperiode

Wanneer een medewerker met een nulurencontract ziekt wordt tijdens een oproepperiode (ofwel: de roosterperiode) krijgt de medewerker minstens 70 procent (en volgens de cao Kinderopvang zelfs 100 procent) van het loon over de afgesproken oproepperiode die de medewerker zou moeten werken, doorbetaald. Komt dat bedrag lager uit dan het geldende minimumloon, dan krijgt de medewerker het minimumloon uitgekeerd.

Langdurig ziek

Blijft de medewerkerker ook na afloop van de oproepperiode ziek? Dan ontvangt de medewerker gene loon meer. Wanneer het arbeidscontract afloopt en de medewerker nog steeds ziek is, dan geeft de werkgever dit door aan het UWV. Die beoordeelt of de medewerker recht heeft op een ziektewetuitkering.

Ziek buiten oproepperiode

Zoals hierboven genoemd geldt dus ook dat wanneer een medewerker ziek is buiten een oproepperiode, de medewerker geen recht heeft op doorbetaling van het loon. En zolang het arbeidscontract duurt, heeft de medewerker ook geen recht op een ziektewetuitkering.

Einde nulurencontract

Wanneer een medewerker langer dan 1 jaar als oproepkracht werkt bij dezelfde werkgever, heeft de medewerker recht op een contract met een vast aantal uren. De werkgever is verplicht een vast aantal uren aan te bieden per week, maand of jaar. Weigert de medewerker dit aanbod, dan blijft deze een oproepkracht. Wanneer de werkgever geen aanbod doet, heeft de medewerker recht op loon over het aantal uren dat de werkgever de medewerker moest aanbieden. Dit geldt ook als de medewerker na die 12 maanden ziek wordt.

• Lees meer op de website van de BMK >>
• Op de website van het UWV is ook informatie te vinden over oproep- of invalkrachten die ziek worden.