Kantar heeft tweemaal onderzoek gedaan onder ouders van kinderen tussen de 0 en 12 jaar. Eenmaal in mei (net na de opstart na de lockdown) en eenmaal in juni. Hieruit blijkt dat ouders wel veranderingen aanbrengen in het (voorgenomen) gebruik van de kinderopvang maar dat deze ontwikkelingen elkaar deels opheffen.

Veranderingen

Van de ondervraagde ouders heeft 22 procent heeft een verandering aangebracht.  Drie procent van alle ouders gaat meer gebruik maken van de formele kinderopvang. Dit komt omdat deze ouders minder gebruik willen maken van opvang door grootouders. De reden hiervoor is de kwetsbaarheid van ouderen voor het virus. Het zijn vooral gezinnen met hoogopgeleide ouders en ouders die werken in een cruciale sector die minder een beroep op de grootouders doen.

Minder gebruik

Er zijn ook ouders die minder gebruik (gaan) maken van formele opvang of zelfs volledig stoppen. Redenen die daarvoor genoemd worden zijn: het thuis werken, kinderen zijn oud genoeg om zelfstandig thuis te blijven of omdat hun kind vier jaar geworden is en naar school gaat. Van de ouders die aangeven dat ze meer of minder gebruik gaan maken van formele opvang, geeft 40 procent aan dat dit voor een periode langer dan zes maanden zal zijn.

Aanpassingen in contract

Van de ondervraagde gezinnen zegt 90 procent geen aanpassingen in het contract te hebben gedaan en verwacht ditzelfde percentage dat ze dit niet op korte termijn zullen doen. 3 procent heeft  het contract volledig opgezegd of iets anders aangepast, 2 procent heeft meer uren toegevoegd en eveneens 2 procent heeft minder uren in het contract opgenomen. Gevraagd naar hun toekomstverwachtingen zegt 4 procent minder uren te gaan opnemen, 2 procent verwacht het contract volledig op te zeggen en 2 procent zal meer uren hebben toegevoegd.

Andere cijfers

Uit het onderzoek komen nog meer interessante cijfers. Als er wordt gekeken naar het aantal dagen gebruik per opvangsoort, blijkt dat het gebruik van gastouderopvang het hoogste scoort met 3,6 dagen opvang per week. Bso scoort 2,9 dagen per week, vaste oppas 2,7, kinderdagverblijf 2,6, informele opvang door grootouders 2,6 en informele opvang door anderen 2,1 dagen per week.

Noodopvang

Van alle ouders die recht hadden op noodopvang heeft 21 procent hier daadwerkelijk gebruik van gemaakt. De meesten gaven aan dat dit goed bevallen is, al was er wel een verschil tussen noodopvang op de kinderopvang en noodopvang op scholen. Ouders klagen dat scholen alleen maar ‘opvang’  deden en geen schoolactiviteiten met de kinderen. (“Noodopvang op de school van mijn zoon was echt alleen pure opvang; hij vond het verschrikkelijk.”) Opvang bij de reguliere opvang werd over het algemeen goed beoordeeld, al was het soms anders dan anders (weinig kinderen, alle kinderen van locaties op één plek).   Acht van de tien ouders die noodopvang gebruikten zouden dit zijn blijven doen als hier kosten aan verbonden waren.

Bron: Effecten van de coronocrisis op de (kinder)opvang. Kantar.