Voor babypraat – ook wel ‘parenthese’ genoemd – blijken wereldwijd dezelfde spelregels te gelden: overal ter wereld praten mensen met een hogere en variabelere toonhoogte dan volwassen taalgebruik tegen baby’s. Dat blijkt uit 1.615 stemopnames van 410 ouders, in 18 talen en uit 21 verschillende stedelijke, landelijke en kleinschalige samenlevingen. ‘In totaal verschilt babypraat op elf manieren van volwassenpraat, zo ontdekte een machine learning-model’, schrijft Kim Verhaeghe in een artikel van Eos Wetenschap over de studie.
Babypraat wereldwijd herkend
In een vervolgonderzoek is gemeten of men babypraat wereldwijd herkent. 51.065 mensen uit 187 landen luisterden naar opnames van babypraat en moesten raden of de communicatie in de opnames op baby’s gericht was. Verhaeghe schrijft hierover: ‘Op de vraag of een uitspraak gericht was tot een volwassene of een baby, hadden de meeste luisteraars het juist, ongeacht hun moedertaal of afkomst. Dat geldt trouwens ook voor de baby’s zelf. Eerder onderzoek toonde al aan dat baby’s rustig worden van babypraat, los van de taal waarin ze uitgesproken wordt.’
Conclusie
Dus ondanks verschillen in taal- en cultuur passen mensen wereldwijd op vergelijkbare en wederzijds begrijpelijke manieren hun taal aan wanneer zij tegen baby’s praten, concluderen de onderzoekers. Bekijk het (Engelstalige) onderzoek hier >>