Ouders zijn opvallend onzeker over de aanpak, timing en begeleiding van het zindelijk worden van hun kinderen. Het is niet voor niets dat twee op de drie pedagogisch medewerkers in Belgische crèches per dag één tot drie uur bezig zijn met het begeleiden van het zindelijk worden van kinderen.

Tot deze cijfers komt Nore Kaerts in haar onderzoek voor de Universiteit van Antwerpen. Zij ondervroeg zowel ouders als pedagogisch medewerkers en nam zelf ook een kijkje op de crèche. Het viel haar op, hoeveel tijd pm’ers bezig zijn met het begeleiden van kinderen die zindelijk worden.

Verantwoordelijkheid doorschuiven
De meeste pedagogisch medewerkers denken dat ze toch wel ruim een uur per dag bezig zijn met zindelijkheidstraining. 34 Procent heeft het gevoel dat ouders de verantwoordelijkheid doorschuiven naar de kinderopvang en dat er thuis niet voldoende aandacht aan zindelijkheid wordt besteed.

Te weinig tijd
Ouders blijken behoorlijk onzeker over het zindelijk worden van hun kinderen. Ze denken dat ze tijd te kort hebben om dit goed te begeleiden en dertig procent piekert over wat de beste timing is om te beginnen. Iets minder dan de helft van de ouders twijfelt hoe ze het moeten aanpakken en of hun methode aansluit bij de aanpak op het kinderdagverblijf.

Communicatie ouders
Nore Kaerts vindt dat de communicatie tussen kinderopvang en ouders beter moet, omdat een zindelijkheidstraining veel beter aanslaat als thuis en op de opvang dezelfde methode wordt gehanteerd. Ze benadrukt dat er geen gemiddelde leeftijd is waarop je met zindelijk worden moet beginnen. ‘Het is belangrijk pas te starten als het kind er klaar voor is. Enkel op basis van leeftijd starten kan problematisch zijn. Het kind kan stress en angst ervaren als je zindelijkheid te vroeg forceert, waardoor ze hun urine of stoelgang ophouden.’

Houd bij zindelijk worden rekening hiermee:

• geen druk zetten op het kind
• het potje vaak aanbieden
• een kind dat op het potje plast mag je belonen

Bron: Nieuwsblad.be
ANP Photo, Koen Suyk