Om de opvang voor onze kinderen toekomstbestendig te maken is het cruciaal dat er aan een aantal randvoorwaarden wordt voldaan. Bijna gratis opvang zal voor meer vraag zorgen, en het aanbod moet hier wel op aansluiten. Daarom moet er oog blijven voor diversiteit in de opvang. Dat betekent ook ruimte voor ondernemers. Denk bijvoorbeeld aan boeren die de transitie willen maken van veeteelt naar agrarische kinderopvang. Commerciële partijen in de kinderopvang hebben geen goede naam, maar uit onderzoek blijkt dat zij de meeste nieuwe plekken realiseren, en bovendien bovengemiddeld kwalitatief goede opvang verzorgen.

‘Sommigen zweren zelfs bij het volledig uitbannen van ondernemende kinderopvangaanbieders’

Verhoudingen in sector verzuurd

Politiek en maatschappij moeten samen werken aan het nieuwe stelsel. De verhoudingen in de sector zijn echter verzuurd. Discussies over het wel of niet toelaten van ondernemers binnen het nieuwe stelsel worden steeds meer een struikelblok voor de herziening van het stelsel in zijn geheel. Sommigen zweren zelfs bij het volledig uitbannen van ondernemende kinderopvangaanbieders. Natuurlijk is waakzaamheid op zijn plaats, zeker als we veel organisaties bijna volledig met publiek geld gaan financieren. Daar hoort een goed gesprek over gevoerd te worden: ook dat is democratie. Maar het is problematisch dat partijen in de sector niet meer bereid zijn om met elkaar aan tafel te gaan zitten. Daar zijn ouders en kinderen alleen maar de dupe van. Ook in het Haagsche is te merken dat er van alle kanten een keiharde lobby wordt gevoerd over de rug van onze kinderen. Dit kan niet de bedoeling zijn.

Kwaliteit voorop

Vorig jaar al heb ik de sector opgeroepen om met een gezamenlijk plan te komen voor de toekomst van onze kinderopvang. Inmiddels hebben zes organisaties een aanzet naar een kwaliteitscode gepubliceerd, waarin zij onderschrijven wat de VVD al lange tijd vindt: zet de kwaliteit voor de kinderen voorop. De kwaliteitscode heet ik dan ook van harte welkom, al mis ik nog een concrete ambitie hoe deze nageleefd gaat worden en hoe de sector de toegankelijkheid wil bewaren.

Moddergooien

De VVD houdt de ontwikkelingen in de sector scherp in de gaten. Ik vrees dat ouders en kinderen slachtoffer kunnen worden van het moddergooien in de sector. Werkende ouders die uitkijken naar 1 januari 2025, wanneer het nieuwe stelsel in zou moeten gaan, kunnen zo weleens bedrogen uitkomen. De positie van ouders wordt überhaupt over het hoofd gezien, de belangen van de sector lijken nu voorrang te krijgen.

Doel niet uit het oog

Daarom wil ik een dringende oproep doen aan de betrokken partijen om over de eigen schaduw heen te stappen en de handen ineen te slaan voor de toekomst van onze kinderen. Daarbij zijn een aantal uitgangspunten cruciaal. De rol van ouders moet worden versterkt. Zij praten nu nog te weinig mee, terwijl hun belang onze drijfveer moet zijn. Daarnaast moeten we oog blijven houden voor het feit dat elk kind uniek is. Het ene kind is beter gebaat bij een bepaald soort opvang dan het andere. Tot slot moeten we het uiteindelijke doel niet uit het oog verliezen: goede en liefdevolle opvang voor onze kinderen. Zij zijn tenslotte de toekomst van ons land. Het zou de sector sieren als ze dit voor ogen houden terwijl ze werken aan de herziening van het kinderopvangstelsel.

Dit is een ingezonden opiniestuk van Jacqueline van den Hil, Tweede Kamerlid VVD.