Uit de Leesmonitor komt verder naar voren dat pedagogisch medewerkers die werken met BoekStart voorleesmomenten vaker voorbereiden. Ook zijn het voorleesritueel en de verhaalverwerking bij deze pm’ers uitgebreider. Op deelnemende locaties is er bovendien meer aandacht voor taalzwakke kinderen en ouderbetrokkenheid.
Leesbevordering verankerd in beleid
BoekStart-locaties verankeren leesbevordering relatief sterk in het beleid, staat in de Leesmonitor. Er is vaker dan op overige instellingen een voorleescoördinator, een specifiek voorleesplan, een geoormerkt boekenbudget, een groter aantal pedagogisch medewerkers dat een voorlees- of taalstimuleringscursus heeft gevolgd en een intensievere samenwerking met de bibliotheek.
Elke dag voorlezen
Uit de Leesmonitor komt naar voren dat de meeste pedagogisch medewerkers op kinderdagverblijven en peuterspeelzalen voorlezen en boeken beschikbaar stellen. Maar liefst 97% van de pedagogisch medewerkers vindt regelmatig voorlezen belangrijk en 79% leest een of meerdere keren per dag voor. De meest genoemde redenen om voor te lezen zijn het stimuleren van de taalontwikkeling van kinderen, het creëren van rustmomenten in de groep en de kinderen plezier laten beleven. Per keer wordt er gemiddeld zo’n 11 minuten voorgelezen. Het belangrijkste obstakel om voor te lezen is tijdgebrek.
Bron: Leesmonitor 2019 Stichting Lezen