Bijna alle partijen, op de PVV na, willen dat de stint weer terugkomt op de weg. Volgende maand komt het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat met nieuwe tijdelijke regels voor de stint. Dan weet de fabrikant wat nodig is om de stint de weg weer op te krijgen en weten ook veel kinderopvangorganisaties waar ze aan toe zijn. Tijdens het debat kwamen allerlei maatregelen voorbij waaronder een helmplicht voor gebruikers van de stint en een speciaal stint-rijbewijs. Minister Cora van Nieuwenhuizen gaf aan ook deze maatregelen serieus te overwegen.

Veiligere route

Het lijkt erop dat er onderscheid komt in de regels voor het vervoeren van materiaal (post) en het vervoeren van kinderen. Van Nieuwenhuizen is in ieder geval enthousiast over het voorstel van kinderopvangorganisaties om veiligere routes te kiezen en om een cursus in te voeren voor medewerkers voordat ze met de stint mogen reizen. Hierover worden nog precieze afspraken gemaakt.

Mankementen verhelpen

Verder moeten de mankementen aan de huidige modellen worden verholpen. De fabrikant van stint liet weten dat alleen daar al een prijskaartje aan hangt van 1000-2000 euro per stint. Van Nieuwenhuizen moet, voordat er een definitieve regelgeving komt voor de categorie bijzondere bromfietsen, onderzoek van de Onderzoeksraad afwachten. Dat wordt pas na de zomer verwacht. Het is ook nog niet bekend wanneer het strafrechtelijk onderzoek naar het ongeluk in Oss begint.

Brief branchepartijen

BMK, BK en BOinK stuurden voorafgaan aan het debat een brief aan de Kamer. BOinK-voorzitter Gjalt Jellesma: ‘In het debat werd door fracties en door de minister uitgebreid geciteerd en gerefereerd aan de brief die BMK, BOinK en BK aan de woordvoerders hadden verstuurd. Gezegd mag worden dat het instellen van een tijdelijk kader het juist mogelijk maakt om de stint veel sneller terug te laten keren op de weg. Het verplicht stellen van een rijbewijs met aantekening, een mogelijkheid die wij als partijen ook in onze brief hebben genoemd, vergt wetgeving en dat duurt inderdaad minimaal 1,5 jaar.’