De handreiking is opgesteld door het ministerie van OC&W, in afstemming met de betrokken partijen. In de handreiking is de volgende informatie te vinden (de volledige antwoorden zijn te vinden in de handreiking):
- Hoe kunnen bso-medewerkers ingezet worden bij de uitvoering van interventies?
Pedagogisch medewerkers werkzaam in de buitenschoolse opvang (bso) hebben vaak beperkte arbeidscontracten op de bso, namelijk de uren buiten schooltijd en vooral op de maandag, dinsdag en donderdag, en in de schoolvakanties. Deze medewerkers zouden tijdens de schooluren dan ook goed ingezet kunnen worden voor de uitvoering van interventies voor het Nationaal Programma Onderwijs. De school verkrijgt hiermee een medewerker met veel pedagogische expertise en extra handen in de klas, en de pedagogisch medewerker kan zo meer arbeidsuren maken. Bovendien kan dit de samenwerking tussen kinderopvang en school structureel versterken en de overdracht verbeteren.
- Hoe past de inzet van bso-medewerkers binnen de menukaart?
Er is in de menukaart geen specifieke interventie opgenomen over de inzet van bso-medewerkers in de school, maar bso-medewerkers kunnen ingezet worden in combinatie met één van de interventies uit de menukaart. Dit is terug te vinden onder doelgebied F (faciliteiten en randvoorwaarden) van de menukaart. Daar staat dat de middelen ingezet mogen worden voor het (tijdelijk) aantrekken of inhuren van nieuw personeel voor specifieke interventies. Dit moet altijd in combinatie met de inzet van interventies onder A-E.
- Hoe kunnen scholen de inhuur van bso-medewerkers praktisch regelen?
Dit kan op verschillende manieren:
- Door afspraken te maken met een kinderopvangorganisatie over het uitlenen van pedagogisch medewerkers. De school huurt de pedagogisch medewerker in dit geval in bij de kinderopvangorganisatie. Hiervoor factureert de BSO de personeelskosten inclusief BTW aan de school. Zie voor meer informatie deze handreiking over btw-afdracht bij samenwerking onderwijs en kinderopvang.
- Door een arbeidsovereenkomst te sluiten met een pedagogisch medewerker. Dit kan een vaste aanstelling zijn als de medewerker structureel wordt ingezet. Als de medewerker alleen voor de duur van het NP Onderwijs ingezet wordt, kan dit via een tijdelijke arbeidsovereenkomst. Meer informatie over de inzet van extra tijdelijk personeel en de gevolgen daarvan is te vinden in deze infographic van de PO-raad.
Actief in gesprek
De brancheorganisaties willen kinderopvangorganisaties adviseren actief met scholen in gesprek te gaan over de inzet van bso-medewerkers.
Gemeenten is gevraagd om met scholen en andere betrokkenen zoals kinderopvang, jeugdzorg en sociaal werk een samenhangende aanpak te ontwikkelen. De aanpak kan een plek krijgen in de Lokale Educatieve Agenda. Gemeenten ontvangen een budget voor hun rol in de uitvoering van het Nationaal Programma Onderwijs.
Bekijk de Infosheet inzet bso-medewerkers >>
Download de Handreiking gezamenlijke aanpak KOV in het Nationaal Programma Onderwijs >>
