Artikel bewaren

Je hebt een account nodig om artikelen in je profiel op te slaan

Login of Maak een account aan
Reacties0

De doorgaande lijn van 0 tot 18: beloftes uit Liemers lijstje

Hoe willen kinderen tussen 0 – 18 jaar zelf leren - en wat hebben ze daarvoor nodig? In plaats van óver kinderen te praten, gingen educatieve partners in de regio Liemers in gesprek mét kinderen en ouders. En dat leidde tot zeven beloftes aan kinderen - vastgelegd in het Liemers lijstje - en een bijzondere samenwerking tussen PO, VO en kinderopvang. ‘Op basis van een gedeelde visie is het een kwestie van gewoon gaan doen en niet eindeloos vergaderen.’

Tijdens de online landelijke IKC-dag vertelden drie partners (PO, VO en KO) in deze samenwerking rondom een doorgaande leerlijn 0 – 18 over hun ervaringen. Annemieke Miltenburg is bestuurder van Innerwaard, een stichting voor primair onderwijs met 7 IKC’s en 1 basisschool op 9 locaties in de gemeenten Duiven en Westervoort. Alle IKC’s werken nauw samen met Zonnekinderen, de partner voor kinderopvang. Miltenburg vertelt hoe in 2017 een aantal bestuurders vanuit onderwijs en kinderopvang met elkaar in gesprek kwam. ‘We waren het met elkaar eens dat het huidige onderwijs kinderen onvoldoende voorbereidt op een complexe maatschappij en dat we het anders moeten gaan doen. We hebben het vaak óver kinderen maar vragen hen te weinig wat ze willen en nodig hebben.’ Deze bijeenkomst leidde tot een vragenlijst voor kinderen en alle organisaties namen deze mee naar hun achterban en zijn in gesprek gegaan met in totaal bijna 2000 leerlingen.

Goed verwoorden

Miltenburg vertelt dat er mooie maar ook confronterende antwoorden kwamen. ‘Kinderen weten heel goed te verwoorden wat ze willen en nodig hebben. Een van de antwoorden was: “dat een leraar weet hoe je heet”. Kinderen willen gezien worden. Ze willen ook een leerkracht die grapjes maakt. Op de vraag waar kinderen willen en kunnen leren, kwamen antwoorden als “in de moestuin” of “bij bedrijven”. Kinderen zijn per jaar 5000 uur wakker, waarvan ze 940 uur op school doorbrengen. De betekent dat er meer dan 4000 uren zijn waarbinnen ze zich ook ontwikkelen. We moeten het samen doen, wij zijn deel van een ecosysteem. It takes a village to raise a child.’

Zeven beloftes

De opbrengsten van deze gesprekken zijn vervolgens vertaald in zeven beloftes naar kinderen. ‘Daar is een poster van gemaakt, die we hebben gedeeld met alle professionals en gemeentes in onze regio,’ vertelt Miltenburg. ‘En we hebben onze ambities geformuleerd. Het gaat om het maken van leerdoelen, passie tonen, en een structurele dialoog met kinderen, ouders en docenten aangaan. Het gaat om gewoon gaan doen – dus niet te lang blijven praten- , samenwerken, verbinden en elkaars expertise gebruiken. In de praktijk betekent dat een gezamenlijke visie, een relatie en vertrouwen met elkaar opbouwen. De verbinding tussen VO, PO en kinderopvang moet gefaciliteerd worden en er moet dus geïnvesteerd worden in deze doorgaande lijn. En we starten met kleine projecten die aansluiten bij de behoefte van de partners.’ 

De zeven beloften van het Liemers Lijstje 

  • We zien wie je bent en je merkt dat we in je geloven
  • Wij hebben hoge verwachtingen van elkaar
  • Leren is leuk en kan overal
  • Jouw leeromgeving is boeiend, inspirerend en uitdagend
  • Je hebt altijd zelf een keuze
  • Als het samen kan, doen we het niet alleen
  • Je weet wat je moet leren en wat je ermee kunt doen

Ruimte geven

De opdracht kwam vanuit de besturen om dit vanaf de werkvloer te gaan implementeren, regelen en faciliteren. ‘Als je mensen de ruimte geeft, gaat het leven,’ verklaart Miltenburg. Er zijn inmiddels 16 projecten en Jef Lintsen Regiomanager van kinderopvang Zonnekinderen geeft voorbeelden hoe dit er in de praktijk uit kan zien. ‘Het gaat om betekenisvol leren. We zijn met peuters naar het Candea College [een school voor voortgezet onderwijs van vmbo tot technasium, met 2000 leerlingen – red]  gegaan. Daar hebben leerlingen uit de bovenbouw de peuters begeleid in het koekjes en pepernoten bakken voor Sinterklaas, in de praktijklokalen. Ook met Valentijnsdag hadden we gezamenlijke activiteiten op het Candea College georganiseerd rond het thema “hoe ga je om met liefde en gevoelens”?  Deze activiteiten hebben we vervolgens weer verder doorontwikkeld binnen Zonnekinderen. De gezamenlijke kookactiviteiten hebben zich doorgezet en komen er nu iedere woensdag bso-groepen naar het Candea college. Kinderen leren heel veel en er komt verbinding tussen professionals. Je maakt een netwerk dat je verder kunt uitbouwen.’

Reflecteren

Annemieke Miltenburg vertelt dat ze vier keer per jaar bij elkaar komen met de ontwikkelingsgroep. ‘We reflecteren op vragen vanuit de organisaties en gaan dan door-ontwikkelen. Corona heeft helaas wat roet in het eten gegooid qua uitvoering van projecten maar deels kon online verder gaan en we hebben die tijd ook gebruikt om te investeren in de relatie met elkaar.’ 

Aan de slag

Marenka van Toor is de contactpersoon voor het basisonderwijs van het Candea College en geeft voorbeelden van samenwerking tussen leerkrachten van basis- en voortgezet onderwijs. ‘Vanuit de bestuurders kwam de vraag om aan de slag te gaan met de vraag hoe we die verbinding konden creëren? Hoe kun je betekenisvol leren in de praktijk vormgeven? Het begint met goed naar elkaar luisteren, dan hoor je meer. Van leerkrachten in het PO hoorden we hoe ze soms worstelen met het geven van Engels en dat ze de niveauverschillen lastig vinden. Ook VO-collega’s krijgen daar mee te maken in de brugklas en vragen zich af hoe ze kunnen gaan differentiëren. Deze docenten zijn bij elkaar gaan zitten en zijn naar elkaar gaan luisteren en kijken waar de behoeftes lagen. Toen bleek dat de PO-leerkracht het fijn vond als de VO-collega op de basisschool Engels zou kunnen geven. En de VO docent vond het fijn om te zien hoe het op de basisschool gaat en meer inzicht te krijgen hoe kinderen daar Engels leren. Vervolgens zijn er meteen afspraken gemaakt, en de docent Engels heeft in de week erna in een tussenuur Engels gegeven op de basisschool. Samen met zijn PO collega. Zo leren de docenten elkaar goed kennen. De docent Engels kon de basisschoolleerkracht ook weer helpen met het zoeken naar een nieuwe methode voor Engels. Door Corona is het live les geven tijdelijk stop gezet, maar is wel online doorgegaan.’ 

Knikkerbaan

Marenka van Toor geeft nog een ander voorbeeld: ‘Ook vanuit techniek kwam er samenwerking. De techniekdocent vond het leuk om zich binnen een IKC in te zetten. Hij is bij drie IKC’s op bezoek geweest om te horen waar de behoeftes lagen. Op het eerste IKC lagen er leervragen waar hij antwoord op kan geven en heeft hij meteen een uurtje in zijn agenda gepland. Op het tweede IKC vonden ze het een leuk idee als hij samen met leerlingen een knikkerbaan ging maken. Bij het derde IKC kon hij inspringen op het thema lichaam en heeft daar met de leerlingen een hand gemaakt die mechanisch kan bewegen. Voor de techniekdocent was  het leerzaam om te zien hoe kinderen hier les krijgen en waar ze vandaan komen.’ ‘Door te luisteren en te verbinden hoor je waar de behoeftes liggen. Nog een voorbeeld; de kinderen die op de basisschool begeleiding kregen bij begrijpend lezen, hadden daar in de brugklas nog steeds behoefte aan. Vanuit de basisschool is deze begeleiding vervolgens voortgezet.’

Begrip

Annemiek Miltenburg vult aan: ‘Deze samenwerking kan op veel vlakken; de lijntjes worden kort, je beweegt je in elkaars omgeving en hierdoor wordt het begrip voor elkaar groter. Op basis van een gedeelde visie is het een kwestie van gewoon doen en niet eindeloos vergaderen. De opbrengsten zijn echt fantastisch. De kracht is dat het vanuit de werkvloer komt. We gaan ook evalueren en meten wat de opbrengst is van op deze manier werken. Daar hebben we de wetenschap bij uitgenodigd om dit te onderzoeken.’ 

Uurtje factuurtje

Ze vertelt dat het inzetten van docenten wordt gefaciliteerd vanuit de besturen. ‘Het eerste jaar hebben we het gewoon gedaan en over en weer uren ingezet. Geen uurtje factuurtje maar eerst eens in de praktijk uitzoeken wat werkt en wat niet. Vervolgens is er geïnventariseerd  wat er aan uren werd ingezet en heeft bijvoorbeeld het VO nu officieel twee FTE beschikbaar gesteld. Maar het geld is niet leidend, het start vanuit de visie. En daarna wordt geld beschikbaar gesteld vanuit de besturen.’ 

Meer weten: www.liemerslijstje.nl

Geef je reactie

Om te kunnen reageren moet je ingelogd zijn. Heb je nog geen account, maak dan hieronder een account aan. Lees ook de spelregels.