De afgelopen week hebben er 150 leden (geen idee of dit ondernemers zijn of directeuren van stichtingen, maar wellicht deze laatsten) voor de nieuwe cao gestemd. Dus minder dan 5 procent van het aantal kinderopvangorganisaties in Nederland heeft een stem gehad in de acceptatie van deze cao.

Zodra de BVOK zal deelnemen aan de onderhandelingen (en ik verwacht dat dit zal zijn bij de volgende cao-onderhandelingen) zullen alle leden van de BVOK in de gelegenheid worden gesteld hun stem te laten horen. Daarvoor hoeven zij niet aanwezig te zijn bij een bijeenkomst, want vele, vooral kleinere organisaties, zijn niet in de gelegenheid om daarbij aanwezig te zijn.

In tal van sectoren worden op dit moment de lonen opwaarts bijgesteld omdat werkgevers en werknemers tijdens de moeilijke jaren een pas op de plaats gemaakt hebben (zoals bv. de rijksoverheid waar jarenlang de nul-lijn is aangehouden). Dit geldt echter niet voor de kinderopvang. Terwijl de omzet in 2012-2014 met meer dan een miljard terugliep, stegen de lonen in de kinderopvang gewoon door.

De ontwikkeling van de loonkosten dient gebaseerd te zijn op een loonruimte berekening. En als er geen loonruimte is, dan kunnen de lonen (en andere emolumenten: bijkomende inkomsten die buiten het normale salaris vallen) dus ook niet omhoog. Indien dat wel gebeurt, zullen de tarieven sneller stijgen dan de inflatie, hetgeen tot politieke en maatschappelijke onrust leidt. De koopkracht daalt vanwege de kosten van de kinderopvang… daar gaan we weer…

‘De rekening komt bij de ouders, en de extra regeldruk bij de aanbieders van kinderopvang’

Loonruimte is gebaseerd op 1) inflatie en 2) arbeidsproductiviteit. De inflatie is momenteel licht positief (ca.  1.2 %), maar de arbeidsproductiviteit in de kinderopvang is sterk negatief vanwege de nieuwe beroepskracht-kindratio. Indien meer leidsters voor hetzelfde aantal kinderen nodig zijn, dan moeten de salarissen daarop worden aangepast. Tenzij dit verlies aan productiviteit volledig vanuit de kinderopvangtoeslag wordt gecompenseerd.

En terwijl de politiek en de leden van de SER de mond vol hebben over het verminderen van de regeldruk, gaat de regeldruk in onze sector vrolijk door. Nu komt er ook nog 37,5 uur bij voor …. , ja, zeg het maar. Nog meer afname van de productiviteit. Ook dit verlies aan productiviteit zal uiteindelijk in de tarieven dienen te worden verdisconteerd. De rekening komt bij de ouders, en de extra regeldruk bij de aanbieders van kinderopvang.

Deze nieuwe cao in combinatie met de BKR zullen de kosten van kinderopvang zo exorbitant hoog maken. Ouders zullen (wederom) stoppen met werken en vele ondernemers zullen het bijltje erbij neergooien.

Regelmatig mailen collega’s mij dat de regeldruk hen teveel wordt , of dat het financieel niet langer haalbaar is. Dit zijn collega’s met prachtige bedrijven, maar die nog geen buffer hebben vanwege de vorige crisis om nieuwe klappen te kunnen opvangen. Vele ondernemers hebben inmiddels slapeloze nachten vanwege de BKR en de cao.

Via de media vernam ik dat staatssecretaris van Ark denkt dat ouders straks gaan profiteren van de kinderopvangtoeslag verhoging. Ik wist niet wat ik hoorde. Ik hoop haar binnenkort te kunnen uitleggen, dat dit helemaal niet aan de orde is. Ik zal haar dan voorrekenen met welke tariefverhogingen ouders straks geconfronteerd gaan worden.

Want, de BVOK wil namelijk wel het gesprek met haar aangaan. Ik ben ervan overtuigd dat een betere communicatie tussen ondernemers in de kinderopvang en de politiek zal leiden tot beter beleid. Als wij nu niet gehoord worden, dan bestaat het risico dat we alle ellende uit de periode 2012-2014 opnieuw gaan beleven. Niet vanwege de kredietcrisis, maar vanwege ondoordacht overheidsbeleid.

Hoe meer leden de BVOK straks telt, des te eerder zitten we aan tafel bij de staatssecretaris Mw. van Ark. Laten we elkaar ondersteunen!

De vorige keer schreef Marion ook over het cao-akkoord. Ze schreef toen ‘begrijpen deze onderhandelaars niet dat er m.i.v. 01-01-2019 al een behoorlijke forse tariefsverhoging doorgevoerd moet gaan worden? Zo hoog, dat het de vraag is of ouders bereidt zijn om dat te gaan betalen?’ Lees deze blog