Persoonlijk blijf ik het een vreemde zaak vinden dat peuterspeelzalen en kinderopvang naar één inhoudelijk systeem zouden moeten worden geharmoniseerd. Ouders willen toch ook wat te kiezen hebben. Bovendien vind ik het peuterspeelzaalwerk een andere tak van sport dan de kinderopvang.
Ik heb beide vormen in huis en zie niet alleen inhoudelijke verschillen maar ook personele verschillen:
Kinderopvang | Peuterspeelzaal |
Dagdelen naar wens | Vaste dagdelen |
Ook vakantieopvang | Vakantie gesloten |
Wisselende groepen kinderen | Vaste groepen kinderen |
Wisselende leiding op de groep | Vaste leiding op de groep |
Ruime openingstijden hele week | Beperkte openingstijden |
Flexibel programma | Vast programma |
Ondernemingsgerichte leiding | Schoolgerichte leiding |
Strakke kostprijs | Hoge kostprijs |
Evenwichtige leeftijdsopbouw | Hogere leeftijd |
Als ik deze verschillen projecteer op een landelijk organisatieniveau dan merk ik dat we binnen de provinciale en landelijke overleggen peuterspeelzaalwerk veel meer op één lijn zitten dan in de kinderopvang. Eigenlijk verbaast mij dat niet, want in de kinderopvang hebben we te maken met een veel grotere diversiteit dan in het peuterwerk.
Meestal zijn peuterspeelzalen kleine tot middelgrote stichtingen, die veelal binnen een gemeente de enige aanbieder zijn.
Voor kinderopvang ligt dit duidelijk veel meer gedifferentieerd:
Grootte organisatie | Groot | Middel | Klein | ||
Grootte gebied | Kleine gemeente | Grote gemeente | Meerdere gemeentes | Meerdere provincies | Landelijk |
Organisatievorm | Stichting | BV | VOF | Eenmanszaak | |
Aantal aanbieders | Monopolie | Oligopoli | Vrije mededinging | Monopolistische concurrentie |
Ik vind het dan ook niet zo verwonderlijk dat we moeilijk op één lijn komen. Misschien moeten we dat wel helemaal niet willen en meer uitgaan van de gedifferentieerde krachten van de diverse organisaties.