We hebben het dan over een fractie van een seconde. Maar ik ken die seconde… Dan beland je al gauw in het dilemma of je de kinderen zult verplichten mee te doen. Er zijn altijd kinderen die niet kiezen voor het onbekende en het liefst altijd hetzelfde doen.
De ervaring leert dat het merendeel daarna blij is om het andere te zijn aangegaan. Belangrijk dus om goed te peilen waar de “ik wil nie” vandaan komt. Hebben ze op school net ook al zoiets gedaan? Hadden ze samen al een leuk ander plan? Zijn er kinderen niet fit? Zijn deze kinderen normaal wel enthousiast maar hebben ze nu gewoon geen zin?
Geen zin hebben is immers ook een heel legitiem argument bij de bso vind ik. Het is vrije tijd, geen school. Dus “zin maken” wil ik liever niet. Dan moet ik het misschien uitdagender brengen.
‘Een groep ongewillige knutselaars levert irritatie en slechte producten op’
Wie kiest er voor mijn plan A? Wie gaat liever zelf iets improviseren? Prima. Wie gaat er liever lekker naar buiten of wat anders doen? Ook oké. Wie klaagt er dat ‘ie zich verveelt? Die mag dan een keer gewoon meedoen met het plan en daar z’n eigen creativiteit op loslaten.
Soms is het voor jou als pm’er vervelend als je zorgvuldig bedachte plannetje niet doorgaat vanwege deze redenen. Maar wat let je om het in je archief van ideetjes op te slaan, waar je altijd op terug kunt vallen? Een groep ongewillige knutselaars levert irritatie en slechte producten op terwijl het toch op z’n minst gezellig zou moeten zijn.
Toch speelt hierbij ook een rol of het over kinderen gaat die doordacht hun keuze maken over wat ze graag willen doen of kinderen die iedere vijf minuten het liefst hun plan zouden willen veranderen. Dat laatste is geen goed idee. Kinderen die overal mee starten maar niets afmaken zullen immers nooit het plezier kunnen beleven van iets dat afgerond is: de mooie knutsel, het leuke spel en de resultaten. Dus structuur moet er zijn maar wel ter ondersteuning van de kinderen, niet als harnas.
Als je geluk hebt is er intern geschoven binnen het bedrijf en kon je favoriete collega met je gaan samenwerken. Maar vaker is er geen vrije keuze geweest en ben je gewoon “uitgehuwelijkt” om samen een groep met kinderen te gaan leiden. Lees de column van Jacqueline in het vakblad Kinderopvang