Asscher is in gesprek met de GGD Amsterdam, de gemeente Amsterdam, GGD GHOR Nederland, de VNG en de Onderwijsinspectie om te verkennen welke mogelijkheden er zijn om het toezicht en de handhaving in de kinderopvang te versterken. In het eerste gesprek is volgens hem een aantal mogelijk verbeteringspunten naar voren gekomen:
Melding doen
Ten eerste moeten professionals in de kinderopvang zich beter bewust zijn van het belang om misstanden te melden. Asscher bekijkt samen met de betrokken partijen of de mogelijkheden om melding te doen voldoende zijn en welke rol branchepartijen hierin kunnen spelen. Hij zal specifiek kijken naar de rol van ROC’s in zowel het stimuleren van bewustwording in de opleiding van pm’ers, als hun verantwoordelijkheid in het doorgeven van signalen van misstanden.
Gjalt Jellesma, voorzitter van BOinK, vond eind vorig jaar al dat pm’ers eerder aan de bel moeten trekken als ze misstanden signaleren. Lees meer
Administratie
Asscher en de andere partijen hebben ook gesproken over een aanvullende eisen rondom de administratie van opvangorganisaties. Organisaties moeten inzichtelijk maken welke kinderen op welke dag komen (urenregistratie) en welke beroepskrachten dan werkzaam zijn, zodat misstanden sneller zichtbaar zijn.
Gegevens delen
Gegevens van de Belastingdienst/Toeslagen voor de GGD kunnen helpen om het dossier van een mogelijk malafide kinderopvangorganisatie rond te krijgen. Het gaat dan om bijvoorbeeld het aantal aanvragen kinderopvangtoeslag voor de desbetreffende locatie. Zo kan de GGD de administratie van de organisatie controleren en vaststellen of er misschien sprake is van een schaduwboekhouding. En bij het delen van gegevens gaat het ook om informatie-uitwisseling tussen gemeenten, zodat een malafide opvangorganisatie niet ergens anders opnieuw kan beginnen. Asscher gaat verkennen welke gegevens nu al gedeeld kunnen worden en waar eventueel belemmeringen zitten die kunnen worden weggenomen.