Artikel bewaren

Je hebt een account nodig om artikelen in je profiel op te slaan

Login of Maak een account aan
Reacties0

Soms strandt een IKC-traject

Ondanks jaren van voorbereiding lukt het niet altijd om de vorming van een IKC tot een goed einde te brengen. De redenen kunnen sterk uiteen lopen, variërend van een gebrek aan vertrouwen tussen de deelnemende partijen tot een gemeente die roet in het eten gooit.

Door: Annette Wiesman

Ilse Raasing, directeur van Stichting Kinderopvang Waterland (SKW) in Monnickendam, is normaal gesproken een opgeruimd type. Een beetje reuring, daar kan ze wel van genieten. Maar tijdens die laatste vergadering in september lukte dat even niet. Nadat de eerste gesprekken vijftien jaar terug voor een brede school waren verzilverd met een prachtig plan voor een combinatie van school, bibliotheek en kinderopvang in de wijk Broek in Waterland in gemeente Waterland, en alle lichten op groen stonden voor de start van de nieuwbouw en de tijdelijke huisvesting, viel alles stil. Liander liet tijdens de bijeenkomst weten dat ze geen stroom kon leveren voor de tijdelijke huisvesting. Wachttijd: vier tot zes jaar. Raasing: ‘Ik heb nog nooit zó weinig gezegd tijdens een vergadering.’

Concurrentie

Al eerder zag ze een ambitieus brede school-traject, waarvoor eveneens vijftien jaar geleden de gesprekken waren begonnen, stuklopen. Het idee: twee scholen en SKW zouden in één gebouw samenkomen, aangevuld met extra faciliteiten. Alles ging voortvarend, tot er op last van de gemeente een derde school bij kwam. Vooral de samenwerking tussen gemeente en onderwijs verliep moeilijk. ‘Er was al een gevoel van concurrentie, en toen de derde school erbij kwam, escaleerde dat en werd de plannen geschrapt. Wij, de overige partners, waaronder ook het buurthuis, het maatschappelijk werk en de bibliotheek, stonden erbij en keken ernaar.’ Uiteindelijk werden er drie nieuwe schoolgebouwen neergezet op de plek waar de brede school zou komen, op twintig meter van elkaar. De SKW-vestiging trok in bij de school die ruimte over had.

Meerwaarde

Een volgende keer zal Raasing niet meer met zoveel partijen in een traject stappen, weet ze nu. ‘Werk alléén samen als dat echt een meerwaarde heeft. Vraag je af: wat is je doel, en helpt die partij ons daarbij?’ De andere les is: neem de tijd en sta open voor elkaars visie. Dat is volgens haar noodzakelijk om de kloof tussen onderwijs en opvang te overbruggen. ‘Op bestuursniveau kunnen we prima met elkaar door één deur, maar op lokaal niveau is er toch vaak een gevoel van ongelijkheid. Jammer, want je kunt ontzettend veel van elkaar leren.’

Een goed begin

‘Denk groot en handel klein’, reageert adviseur Job van Velsen op Raasings’ verhaal. ‘Ga niet meteen met twintig partners aan tafel. Je hebt een kern en daarnaast de ketenpartners, die andere rollen hebben. En als de gemeente scholen samen in een gebouw dwingt, vraag je dan eerst af: willen wíj dit wel? Ik zou zeggen: als je met een aantal scholen graag samen wil, maak er dan één school van. Vijf directiekamers, vijf teamkamers en vijf sinterklazen, dat gaat niet.’

Beginfase

Van Velsen adviseert al vijftien jaar IKC’s en organiseert de landelijke IKC-dag. Als het bij de vorming van een IKC fout gaat, is er volgens hem meestal iets misgegaan in de beginfase. ‘In die periode werk je aan de relatie en het vertrouwen, en spreek je je wederzijdse verwachtingen uit’, zegt hij. Houd er rekening mee dat iedereen zijn eigen ideaalbeeld van een IKC heeft. ‘Daarom moet je eraan werken dat iedereen dezelfde verwachtingen heeft: medewerkers, ouders, leidinggevenden, bestuurders en directeur-eigenaars. Een IKC of brede school opzetten is niet iets wat je erbij doet; daarvoor is de organisatie te complex. Met een goed uitgevoerd voortraject leg je de fundamenten.’

Persoonlijke verhoudingen

Soms blijken IKC-trajecten af te ketsen op het feit dat de voortrekkers van het proces persoonlijk niet goed met elkaar overweg kunnen. Bestuurders moeten daarin hun verantwoordelijkheid nemen, vindt Van Velsen. ‘Zij moeten ervoor zorgen dat het proces niet afhangt van die éne inspirator die de visie belichaamt. Als je het proces afhankelijk maakt van één persoon, bouw je op drijfzand. Soms zal een nieuwe fase om een andere voortrekker vragen, met specifieke vaardigheden.’ Een laatste aanbeveling luidt: ga eerst snuffelen en leer elkaar kennen, voor je met allerlei grootse vergezichten aankomt over samen in één gebouw trekken. ‘Ik zeg vaak: kijk wat je morgen al kunt doen. Je kunt eindeloos praten, maar je kunt ook meteen als leerkracht al in de opvanggroep een kijkje nemen en andersom. Zo ontstaat er vertrouwen.’

Vertraging

Voor kinderopvangorganisatie Berend Botje is het gezamenlijk met schoolbesturen opzetten van IKC’s routine: ze hebben er – afhankelijk van de definitie – in totaal zo’n 25. Desondanks ging het onlangs bij eentje mis. Hoewel – alleen het gebouw is mislukt, niet de inhoud, benadrukt pedagogisch directeur Gaby Alberts. ‘Alle drie de bestuurders zitten nog steeds aan tafel.’

Heb je je al ingeschreven voor de gratis nieuwsbrief van Zosja? Zosja is het online platform dat je helpt om toe te werken naar een IKC of jouw IKC klaar te maken voor de toekomst. Zosja levert je nieuws, duiding, achtergronden, tools en inspiratie over de wereld van de IKC’s.

De kinderopvanglocatie in Enkhuizen zou in september samen met de protestants-christelijke school Het Mozaïek en openbare school De Tweemaster in een nieuw gebouw trekken. De plan- en ontwikkelfase nam twaalf jaar in beslag. Daarna vroeg de gemeente om een inspraakronde met de bewoners. Omdat er ook een nieuwe bouwvergunning nodig was, liep de planvorming verdere vertraging op en stegen de bouwkosten. Maar de gemeenteraad, verantwoordelijk voor het onderwijsbudget, weigerde het budget te verhogen. ‘De les is: ga niet van start als er in de gemeenteraad geen héél breed draagvlak aanwezig is’, zegt Alberts. Er komen nu twee mini-IKC’s, waarvoor de kinderopvang gesplitst gaat worden. ‘We zijn onze wonden aan het likken.’

Geïntegreerde omgeving

Toch is Berend Botje niet afgeschrikt, want de nieuwe IKC’s die op de rol staan, gaan in volle vaart door. Zoals in Avenhorn bijvoorbeeld, waar ze met twee gefuseerde katholieke en één openbare school in een gebouw zitten; hij is nét geopend. Een mooi voorbeeld van een echt geïntegreerde omgeving, vindt Alberts. ‘Als je binnenkomt, zie je meteen de scholen en kinderopvang bij elkaar zitten op het onderbouwplein, en daarachter ook de bovenbouw. We gaan ook een gebouw neerzetten in Hoogwoud en Spanbroek – met Stichting Allure en SKOWF – en in Schellinkhout, met Present.’

Draagvlak

Haar advies voor een goed verlopend proces: zorg voor draagvlak op de werkvloer: medewerkers moeten het nut inzien. Daarnaast benadrukt ook zij een gelijkwaardige samenwerking tussen onderwijs en kinderopvang. ‘Vaak is de gedachte: de school kiest met wie ze in zee wil.’ Net als Raasing ziet zij die ongelijkheid niet op bestuursniveau, maar op managementniveau en de werkvloer. ‘Daarom moet het bestuur zorgen dat die gelijkwaardigheid bij de medewerkers tussen de oren zit.’ Daarnaast streeft Berend Botje ernaar altijd haar eigen vierkante meters te kopen. ‘Wij proberen het zó te regelen dat een deel van het gebouw ons eigendom is, zodat we als gelijkwaardige partner kunnen meepraten.’

Rigide

Volgens Frank Studulski, adviseur bij kenniscentrum Sardes, bestaat er soms verwarring over waar een IKC aan moet voldoen. Hij dacht vanaf de begindagen mee over de ontwikkeling van brede scholen, geeft IKC-trainingen en begeleidt bij de Avans Hogeschool schooldirecteuren en managers kinderopvang tot IKC-leider. ‘Vaak hebben mensen een te rigide beeld van wat een IKC moet zijn. Dat komt vooral door een gebrek aan kennis. Maar er is geen wettelijk kader voor wat een IKC is.’

Misvatting

Het vasthouden aan strikte criteria brengt samenwerkingspartners niet bepaald nader tot elkaar, observeert hij. Een bekend misverstand is bijvoorbeeld dat er een éénkoppige IKC-leiding de norm is. Vaak met als resultaat dat het onderwijs die positie naar zich toe trekt. Een andere misvatting is de gedachte dat een IKC volledig geïntegreerd moet zijn, zegt Studulski. ‘Sommigen nemen dat heel absoluut, maar het blijven twee organisaties, met twee wetgevende kaders, culturen en cao’s.’ Het is, vat hij samen, net een strijd tussen rekkelijken en preciezen. ‘Dus kijk vooral wat voor jou werkt.’

Eigenbelang

Een ander struikelblok in de IKC-vorming is een sterk eigenbelang bij (een van de) partners. ‘Ik zie soms schoolbesturen die hun eigen koers varen. Ze willen bijvoorbeeld hun eigen kinderopvangorganisatie oprichten, omdat ze er dan meer grip op hebben. Maar kinderopvang is niet iets wat je er zomaar bij kunt doen – het is een wereld op zich.’ Ook de soms conflicterende wet- en regelgeving helpt niet, zegt Studulski. Als de overheid IKC’s als een vernieuwing ziet van het pedagogisch landschap, zou ook de regelgeving aangepast moeten worden, vindt hij. Een laatste advies: ‘Als je merkt dat het niet werkt, houd er dan mee op!’

Tips voor een succesvol IKC-traject

– Zorg voor dezelfde verwachtingen en hanteer geen rigide IKC-beeld
– Neem de tijd en sta open voor elkaars visie
– Ga alleen met extra partijen in zee als ze inhoudelijk iets toevoegen
– Spreek alle belangen uit
– Heb oog voor cultuurverschillen en ongelijkheid
– Zorg voor draagvlak bij bestuur, directie en werkvloer
– Ga morgen al bij elkaar in de groep op bezoek
– Kijk of inspirator van het eerste uur ook daarna geschikt is
– Laat je niet door gemeente partners opdringen, kies altijd zelf

Ilse Raasing hoopt dat het alsnog goed komt met de brede school in Broek in Waterland. ‘Het is nu heel spannend. Het kan echt iets moois worden. Er zijn allemaal plusjes, zoals een prachtige industriële keuken. Het is een plek waar kinderen tussen 0 en 12 jaar ontzettend veel talent kunnen ontplooien.’

Tekst: Annette Wiesman

Geef je reactie

Om te kunnen reageren moet je ingelogd zijn. Heb je nog geen account, maak dan hieronder een account aan. Lees ook de spelregels.