Artikel bewaren

Je hebt een account nodig om artikelen in je profiel op te slaan

Login of Maak een account aan
Reacties3

Regeldruk: hier ergeren we ons het meeste aan

In opdracht van het Ministerie van Sociale Zaken heeft onderzoeksbureau Panteia onderzocht aan welke regels medewerkers en houders in de kinderopvang zich het meeste storen. Ook bekeek het bureau wat deze regeldruk feitelijk kost in euro's, zowel voor de dagopvang en het peuterspeelzaalwerk als de bso en de gastouderopvang. Panteia deelde de regeldruk in verschillende categorieën: de administratieve lasten, financiële regeldruk, inhoudelijke nalevingskosten en toezichtslasten. Bekijk de tien meest ergerlijke regeltjes.
Regeldruk: hier ergeren we ons het meeste aan
Foto: ANP
1. Betalen voor rechten aan BUMA/STEMRA/SENA – De regel wordt niet snel als eerste genoemd door kinderopvanghouders, maar wordt desgevraagd als zeer hinderlijk gezien. Houders in de dagopvang en BSO vinden de regel overbodig omdat ze reeds voor CD’s en DVD’s betalen. Ze zien niet waarom er dan alsnog voor de rechten betaald moet worden.
2. Aanvraag vergunningen, bijvoorbeeld bouwvergunningen – Vooral de procedures worden als ’te lang’ beoordeeld. Ook is er sprake van miscommunicaties met de ambtenaren, waardoor er fouten gemaakt worden. (NB: het gaat hierbij niet om de inschrijving in het LRKP).
3. Instellen oudercommissie, inclusief het werven van ouders – Het werven van ouders voor de oudercommissie is vaak lastig. Ondanks pogingen hiertoe lukt het niet altijd, waardoor men in overtreding is. Dit leidt tot frustratie. In de gastouderopvang wordt tevens regeldruk ervaren bij de communicatie met de vraagouders.
4. ARBO-regels rond verzuim en re-integratie – Werkgevers geven aan dat er tijd gaat zitten in alle procedures rond verzuim en re-integratie. Deze tijd gaat ten koste van het werken met kinderen.
5. Invullen diverse enquêtes – De jaarlijks terugkerende enquêtes kosten tijd om in te vullen. Deze werkzaamheden voegen echter niets toe aan de uitvoering van het vak. De tijdsinvestering in het invullen.
6. Voldoen aan regels omtrent basisgroep en stamgroep – Deze regel wordt vooral als ’te streng’ beoordeeld. Vooral in de BSO, waar kinderen minder uren en niet alle dagen aanwezig zijn.
7. Administratie rondom de ontvangst van kinderopvangtoeslag – De regeldruk rond kinderopvangtoeslagen wordt niet alleen door ondernemers, maar ook door ouders ervaren. In alle gevallen gaat het om de complexiteit van de procedures. Vooral de jaaropgave, de controle door de Belastingdienst en het bezwaar maken tegen beschikkingen zijn lastige aspecten voor ouders.
8. Voldoen aan vierogenprincipe – Er bestaat onduidelijkheid over hoe het vierogenprincipe geïnterpreteerd kan worden en in de praktijk moet worden ingevoerd. Deze onduidelijkheid is er zowel voor ondernemers als (naar verluidt) voor GGD-inspecteurs, met discussies bij inspecties tot gevolg.
9. GGD-inspectie – Men vindt de inspecteurs streng. Ze zijn volgens ondernemers zeer op details gericht, inconsequent en hebben weinig oog voor het werk. Dit zijn aspecten van de uitvoering.
10. Jaarlijks uitvoeren van risico-inventarisaties en –evaluaties (veiligheid en gezondheid: RIV/RIG), inclusief plan van aanpak – Het jaarlijks uitvoeren van de RIV/RIG is een arbeidsintensieve regel en scoort ook in de perceptie hoog. Zowel de kosten als de irritatie betreffen het feit dat de RIV en de RIG elk jaar opnieuw uitgevoerd moet worden, ook als er feitelijk niets aan de situatie verandert.

Logboeken

Werkgevers en werknemers ervaren allebei ongeveer een gelijke regeldruk. Voor bijna de helft van de medewerkers zorgt de naleving van regels voor stress. Werknemers ervaren de grootste regeldruk van het uitvoeren van de risicoinventarisatie, de GGD-inspectie en het bijhouden van verschillende logboeken (ongevallen, speeltoestellen en hygiëne). Ook werknemers ervaren het bijhouden van deze logboeken als tijdrovend. 70 procent van de medewerkers zegt veel tijd kwijt te zijn met papierwerk terwijl dit ten koste van de kinderen gaat. Veel medewerkers zien het nut niet in van al die logboeken en weten niet wat er met de resultaten gedaan wordt.

Kosten

In interviews hebben de onderzoekers achterhaald hoeveel tijd wetten en regels kosten en vervolgens hoeveel geld. Hiervoor vermenigvuldigen ze de tijdsinvestering met het uurtarief van de kinderopvanghouder of medewerker plus de kosten die er daarnaast gemaakt worden om aan de regel te voldoen. De totale feitelijke regeldruk in de kinderopvang in 2014 wordt geraamd op ruim 260,5 miljoen euro. Deze is het grootst in de dagopvang, gevolgd door de bso en daarna de gastouderopvang.

Gastouderbureaus

Bereken je de gemiddelde kosten per vestiging, dan komt de feitelijke regeldruk neer op 15.640 euro per jaar voor de dagopvang en 10.510 euro voor de bso. Gastouderbureaus hebben te maken met de grootste feitelijke regeldruk: 29.310 euro. Dat is niet verrassend omdat gastouderbureaus er juist zijn om gastouders te begeleiden op administratief gebied. Daardoor ervaren gastouders zelf een veel lagere regeldruk: gemiddeld 750 euro per jaar.

Panteia doet een aantal suggesties waarvan de meeste door Asscher zijn overgenomen in de plannen voor Het Nieuwe Toezicht. Zo wil Asscher ervoor zorgen dat er minder aandacht is voor details en meer voor grote risico’s en moet het voor houders makkelijker zijn om maatwerk te bieden. Lees meer >>

Wil je precies weten wat Panteia heeft onderzocht en hoe? Lees hier het onderzoek Regeldruk in de kinderopvang 2014:

3 REACTIES

  1. Daar ben ik het mee eens. Frustrerend is dat de GGD idd in de enr regio andere regels hanteert dan in de andere regio. Daar waar wij een kracht niet aan konden nemen, is het 3 km verder goed gekeurd door een inspecteur. Onbegrijpelijk. En werkt de kracht zonder volledig diploma op de groep als leidster.

  2. Lees alle reacties

Geef je reactie

Om te kunnen reageren moet je ingelogd zijn. Heb je nog geen account, maak dan hieronder een account aan. Lees ook de spelregels.