Zo’n vierhonderd toezichthouders van de GGD’en houden toezicht op de veiligheid en de kwaliteit van de meer dan tienduizend opvanglocaties die ons land telt. In het belang van ouder, kind en houder, zegt de woordvoerder van GGD GHOR. ‘Wij vinden het belangrijk dat het toezicht in Nederland op locatieniveau is ingericht. Dáár waar daadwerkelijk voor kinderen gezorgd wordt. Bij dat toezicht kunnen en mogen er verschillen zijn. Zo is het ook ingericht. Gemeenten moeten bij hun handhaving en toezichthouders bij hun inspecties de lokale situatie mee kunnen wegen. Natuurlijk staat voorop dat toezicht gehouden wordt vanuit één landelijke set met kwaliteitseisen.’
Eenheid van werken
Volgens de woordvoerder streeft GGD GHOR Nederland naar zoveel mogelijk eenheid van werken door toezichthouders. ‘Daar besteden wij veel aandacht aan. Via training, intervisie en handleidingen. Daarnaast zorgen we ervoor dat toezichthouders door het hele land makkelijk met elkaar informatie kunnen delen. Zowel via bijeenkomsten als via een online kennisplatform. Als toezichthouder kijken wij ook kritisch naar de wetgeving die de overheid opstelt, wat deze betekent voor kinderopvangorganisaties en we zorgen voor de juiste uitleg. Dit alles om het toezicht verder te verbeteren.’
Beweging naar maatwerk
Momenteel maakt het toezicht de beweging naar meer maatwerk. ‘Dat betekent dat er meer balans komt tussen de concrete eisen, het goede gesprek en het wegen van de context. Het is een beweging waar zowel toezichthouders als houders aan moeten wennen, maar die uiteindelijk in het belang is van zowel kind als opvanglocatie. Als toezichthouder vinden wij het belangrijk om in samenwerking met de sector onze bijdrage te leveren aan een steeds betere kwaliteit van kinderopvang. Daarvoor zijn alle signalen, ook het signaal van deze groep houders, belangrijk. Daarom gaan wij als koepel graag met de betreffende houders in gesprek.’