Bureau Bartels voerde het onderzoek uit. Uitgesplitst blijkt dat de dagopvang in 77 procent van de gevallen een oudercommissie heeft en 15 procent een alternatieve vorm, voor bso’s geldt dat 69 procent een oudercommissie heeft en 21 procent een alternatieve vorm en bij gastouderbureaus heeft 64 procent een oudercommissie en 11 procent een andere vorm van zeggenschap voor ouders. Voor peuterspeelzalen gelden tot nu toe nog andere regels. Alleen niet-gesubsidieerde peuterspeelzalen waren tot nu toe verplicht om een oudercommissie te hebben. Vanaf 1 januari moeten alle peuterspeelzalen de zeggenschap voor ouders via een oudercommissie of een andere vorm hebben geregeld.
Wat gaat er voor peuterspeelzalen precies veranderen vanaf 1 januari 2017? En wat moeten zij regelen om een oudercommissie op te zetten? Lees meer in dit artikel
Nulmeting oudercommissies
Het onderzoek is uitgevoerd na een motie van Tweede Kamerleden Steven van Weyenberg (D66) en Pieter Heerma (CDA). Zij wilden dat na de inwerkingtreding van de Wet versterking positie ouders kinderopvang en peuterspeelzalen het aantal oudercommissies jaarlijks werd gemonitord. Minister Asscher heeft eerst een nulmeting laten uitvoeren. Hij vindt het niet raadzaam om dit jaar opnieuw onderzoek te laten verrichten naar het aantal oudercommissies. Dat heeft vooral te maken met de kosten van zo’n onderzoek en het eventuele overvragen van de sector. Omdat hij wel achter het monitoren van oudercommissies staat stelt hij voor om óm de drie jaren een onderzoek te doen naar het aantal oudercommissies in de kinderopvang. Een volgend kabinet mag hierover beslissen.
Alternatieve ouderraadpleging
In de Wet versterking positie ouders is geregeld dat locaties van kindercentra met maximaal 50 geplaatste kinderen of gastouderbureaus met maximaal 50 aangesloten gastouders de ouderraadpleging op een alternatieve manier mogen organiseren. Dat mag alleen als zij aantoonbaar kunnen maken dat ze zich voldoende hebben ingespannen om zelf een oudercommissie op te richten. Voor peuterspeelzalen geldt vanaf 1 januari 2017 deze maatregel ook in het geval er maximaal 50 kinderen op een locatie worden opgevangen.
Voorbeelden BOinK
Kamerlid Keklik Yücel verzocht de regering om voorbeelden van dergelijke alternatieve ouderraadpleging te ontwikkelen en deze onder de aandacht te brengen van de sector. Deze vraag heeft minister Asscher neergelegd bij BOinK, de belangenvereniging voor ouders. BOinK is dit jaar begonnen met het inventariseren van voorkomende alternatieve ouderraadpleging in de kinderopvang. Op basis van deze input brengt BOinK alle mogelijkheden onder de aandacht.
Wilt u ouders informeren over de eerste nulmeting naar oudercommissies en andere vormen van ouderinspraak in de kinderopvang? Download dan een tekst die u kunt meenemen in uw eigen nieuwsbrief of website. Download de tekst hier
Download hier de Kamerbrief van minister Asscher over oudercommissies
Bekijk hier de nulmeting van ouderscommissies van Bureau Bartels