Dit blijkt uit een onderzoek van Oberon, CED-groep en Sardes in opdracht van het ministerie van Onderwijs.  In de meeste gemeenten blijkt enige vorm van (educatieve) opvang te zijn voor asielkinderen. Dit is niet altijd vergelijkbaar met een regulier VVE-aanbod, soms gaat het ook om een speelgroep voor peuters in het asielzoekerscentrum (azc). 60 procent van de gemeenten heeft een aanbod voor asielzoekerspeuters die in opvangcentra verblijven, vaak nog zonder status. Voor peuters met een status heeft 87 procent van de gemeenten een educatief aanbod gerealiseerd. Tweederde van alle Nederlandse gemeenten werkten aan het onderzoek mee.

In februari 2016 kwamen de eerste resultaten van deze meting naar buiten. Toen waren er nog maar 42 gemeenten gehoord. De conclusie was toen dat slechts een derde van de gemeenten met een asielzoekerscentrum educatief aanbod voor peuters had gerealiseerd. Dat aantal is inmiddels verdubbeld. Lees meer over de eerste resultaten

VVE-opvang

De opvang van asielzoekerspeuters vindt meestal in een ruimte in het azc plaats. Iets meer dan de helft van de gemeenten biedt deze kinderen vve aan, en bemoeit zich daardoor actief met de opvang. Gemeenten die geen vve aanbieden, laten de uitvoering van de opvang meestal volledig aan het azc over. Voor peuters met een status is in vve-gemeenten is bijna altijd een vve-aanbod beschikbaar, wat wordt uitgevoerd door kinderopvangorganisaties.

Financiële middelen

Volgens het onderzoeksrapport leeft het onderwerp zeer bij gemeenten. Veel gemeenten vinden dat ze meer zouden moeten doen voor asielzoekerspeuters en peuters met een status, maar geven aan dat ze daar te weinig financiële middelen voor hebben. Vve-gemeenten zetten vaak onderwijsachterstandengelden in, ook voor de peuters in asielcentra. Maar daartegenover staan gemeenten die vinden dat deze gelden alleen besteed mogen worden aan kinderen met een geldige verblijfstatus.

Verantwoordelijkheid

Ook over de vraag of gemeenten verantwoordelijk zijn voor het bestrijden van taalachterstanden van jonge kinderen, ook als deze kinderen in een opvang van het COA verblijven, verschillen de meningen. Ongeveer 45 procent van de gemeenten is het hiermee eens, maar ruim 25 procent niet.

Deskundige pm’ers

Maar financiën zijn niet het enige knelpunt waar gemeenten tegenaan lopen. Ook de deskundigheid van de professionals en vrijwilligers die met de kinderen werken, is vaak een punt van zorg. Vluchtelingenkinderen en hun ouders kunnen trauma’s hebben, en het is soms moeilijk om met ze te communiceren. Hierin hebben de professionals en vrijwilligers niet altijd de nodige expertise.

Doorloop

Daarnaast zitten er regelmatig maar weinig peuters in een azc, en verblijven ze er soms maar kort. Dat kan het uitvoeren van (educatieve) opvang ook moeilijk maken.

Lees hier het onderzoek Educatief aanbod voor asielzoekerspeuters en peuters met een status

Kinderopvang of peuterspeelzaallocaties die opvang aan asielpeuters willen bieden, weten vaak niet waar te beginnen. Welke locatie kies je? Hoe zoek je samenwerking met het COA? Hoe moet je zo’n groep financieren en welke pm’ers zijn voor deze groepen geschikt? Lees meer