Er wordt door veel politici, ambtenaren, werkgevers en werknemers serieus nagedacht over het huidige stelsel van kinderopvang en hoe we dat op een verantwoorde manier kunnen transformeren tot een stelsel voor alle kinderen, aldus Gijs van Rozendaal.
Het gaat daarbij over veel verschillende zaken. ‘Het gaat over een generiek toegangsrecht voor zowel de dagopvang (0-4) als voor de buitenschoolse opvang (4-12). Het gaat nu ook over vragen als hoe kunnen we het huidige toeslagensysteem vervangen en hoe realiseren we meer samenhang tussen kinderopvang en primair onderwijs om zodoende de toegevoegde waarde voor kinderen en ouders te verhogen. En breder gaat het ook over de rol die de kinderopvang kan spelen bij de inzet van de NPO gelden (Nationaal Programma Onderwijs) om samen met het primair onderwijs deze gigantische opgave tot een succes te maken.’
Veel partijen betrokken
Anders dan in het verleden zijn er veel partijen bij de discussie betrokken. ‘De Brancheorganisatie Kinderopvang (BK) en de Branchevereniging Maatschappelijke Kinderopvang (BMK) mengen zich volop in het debat. Maar ook veel partijen verenigd in het Platform Kindcentra roeren zich. Mooie voorbeelden daarvan zijn de toekomstagenda van de AVS (Algemene Vereniging Schoolleiders) of het manifest ‘een gezonde generatie’ van NOC*NSF. Women Inc. heeft een succesvolle campagne gevoerd voor de toegankelijkheid van kinderopvang. Ook het onderzoek dat Ouders van Nu heeft gedaan, ondersteunt ons pleidooi voor een algemeen toegangsrecht. Het is mooi te zien dat zoveel organisaties op dezelfde lijn zitten.’
Regeerakkoord
Uiteindelijk is beslissend wat er in het regeerakkoord komt, aldus Van Rozendaal. ‘Daar komt nog een steentje in de vijver bij, namelijk het op handen zijnde rapport van de SER over de kinderopvang. Het zou Nederland enorm helpen als ook de SER pleit voor een toegangsrecht voor zowel kinderen van nul tot vier als voor kinderen van vier tot twaalf jaar. Medio mei zullen we weten wat het advies van de SER is. Wij pleiten daarbij voor een ‘kind-MBA’; een Minimum Basis Arrangement van 4-6 dagdelen kinderopvang voor alle 0-4 jarigen en 2-3 dagdelen buitenschoolse opvang, plus behoud van de toegang tot kinderopvang voor ouders die meer uren nodig hebben voor hun werk. Dat is goed voor kinderen, goed voor ouders en goed voor ondernemend Nederland.’
320 miljoen
Gelukkig wordt dit voorstel goed ontvangen bij veel partijen. ‘We hebben met het kind-MBA een ‘tussenscenario’ gemaakt dat er goed uitziet en qua kosten realiseerbaar is, afhankelijk van de bijdrage van ouders. Alle ouders toegang geven, kost, op basis van de huidige inkomensafhankelijke tabel, slechts 320 miljoen euro extra per jaar. Maar daarmee is kinderopvang voor de onderkant van de samenleving nog niet goed toegankelijk. Maak je het basisarrangement kinderopvang voor ouders met een inkomen tot 150% modaal gratis, dan kost dat 1 miljard euro extra op jaarbasis. Maak je het basisarrangement kosteloos voor álle ouders en bied je dat aanbod ook aan werkende ouders voor de uren die ze meer nodig hebben, dan kost dat ongeveer 3 miljard. Deze laatste variant is substantieel goedkoper dan het vierde scenario van het kabinet dat op 6,1 miljard uitkomt, terwijl je er het hele toeslagenprobleem mee oplost en de complexiteit naar nul reduceert.’
Ergo, er valt wat te kiezen en men kan niet om fundamentele keuzes heen, aldus Gijs van Rozendaal.