BK en BMK menen dat het eindbod wat ‘een goed loonvoorstel’ omvat en ‘veel kwalitatieve afspraken die recht doen aan de grote inzet, betrokkenheid en toewijding van de medewerkers in de kinderopvang’.
Wat het salaris betreft bieden de werkgeversorganisaties 3 procent loonsverhoging voor de komende 18 maanden. Dit is aanzienlijk minder dan de 5 procent per 12 maanden die de FNV eist. Bij het aanbod van de werkgevers speelt volgens hen mee dat de kinderopvangsector al jaren een bovengemiddelde loonontwikkeling kent. De werkgevers zijn dus van mening dat zij ‘met dit loonvoorstel in de huidige context een realistische loonstijging bieden’.
Werkdruk
Een belangrijk thema tijdens de onderhandelingen was de werkdruk. ‘Net als de vakbonden zoeken ook de werkgevers naar oplossingen die het plezier in het werk ondersteunen en werkstress helpen te voorkomen,’ aldus BK en BMK. Deze oplossingen moeten echter ‘wel passen binnen de mogelijkheden van de veelomvattende extern opgelegde protocollen en regelgeving voor de kinderopvang’.
De werkgevers signaleren bovendien dat werkdruk ‘een breder maatschappelijk thema is dat urgent aanwezig is in talloze sectoren en dat honderdduizenden werknemers treft. Maar in veel van die sectoren ligt het niet binnen de invloedssfeer van sociale partners om dit op te lossen omdat extern opgelegde regeldruk hier een belangrijke rol speelt. De werkgevers zullen dan ook het initiatief nemen om de SER te vragen om hier onderzoek naar te doen en met een advies te komen.’
BK en BMK zijn al met al van mening dat zij ‘binnen deze kaders realistische en effectieve voorstellen hebben gedaan die de ervaren werkdruk verlichten’.
‘Klinkklare onzin’
De FNV neemt nadrukkelijk afstand van het eindbod van de werkgevers. ’De medewerkers willen goede afspraken over verlaging van de werkdruk, eerder kunnen stoppen met werken en een fatsoenlijke loonsverhoging. De werkgevers komen ze op geen van deze punten tegemoet,’ aldus onderhandelaar Debbie van Leiden.
De hoge werkdruk komt volgens FNV doordat kinderdagverblijven te weinig personeel aannemen. Per leeftijdscategorie geldt een maximale groepsgrootte, zoals hoogstens zes kinderen tussen de 2 en 3 jaar oud per medewerker. Maar volgens Van Leiden interpreteren veel kinderdagverblijven deze regels ook als ondergrens, waardoor werknemers van kinderdagverblijven handen en ogen te kort komen.
Luiers
De overheid heeft de kosten van ouders gecompenseerd en dus hebben werkgevers nagenoeg dezelfde inkomsten behouden, aldus Van Leiden. ’Wel hebben werkgevers minder uitgegeven aan bijvoorbeeld uitzendkrachten, eten, luiers, water, gas en licht. De werkgevers hebben dus geen enkele reden om deze onmisbare opvangmedewerkers niet tegemoet te komen in hun wensen.’
Naast afspraken over loon en werkdruk wil de FNV ook afspraken maken over eerder kunnen stoppen met werken, met een maximum van drie jaar. De werkgever legt volgens de FNV de rekening daarvoor volledig bij de medewerkers, de FNV wil deze kosten verdelen.
Meer acties
Sinds begin mei voeren kinderopvangmedewerkers namens de FNV al prikacties bij de hoofdkantoren van verschillende werkgevers. Op 1 en 2 juni vinden de achterbanraadplegingen plaats, waar zal worden besloten of en hoe de acties worden uitgebreid.
Het CNV heeft nog niet gereageerd op het eindbod van de werkgevers. Werkgeversorganisatie BVOK heeft een apart eindbod gedaan maar hierover nog niet gecommuniceerd.
