Artikel bewaren

Je hebt een account nodig om artikelen in je profiel op te slaan

Login of Maak een account aan
Reacties1

Blog Kirsten Fröhlich – Vertrouwde gezichten

Op 29 januari start de week van het Vergeten Kind. Zo’n 100.000 kinderen in Nederland hebben geen fijne thuissituatie en groeien op in een gezin met meervoudige problematiek.
Kirsten Fröhlich

Ook wij komen deze kinderen  tegen in ons werk en doen er alles aan om ze de aandacht, zorg en veiligheid te geven die ze thuis vaak moeten missen. Door een band met het kind op te bouwen en met rust, voorspelbaarheid en stabiliteit op de groep.

Een vertrouwde, veilige omgeving met vaste gezichten is een noodzakelijke voorwaarde voor de ontwikkeling van een kind.  Kwetsbare kinderen met een problematisch thuissituatie die in het jeugdzorgsysteem terecht komen, krijgen te maken met veel verschillende hulpverleners. Al deze veranderende gezichten zijn niet goed voor het herstel en de ontwikkeling van deze toch al vaak getraumatiseerde kinderen. Tijdens de week van het Vergeten Kind wordt dit jaar aandacht gevraagd voor dit urgente probleem.

Pedagogisch medewerkers in de kinderopvang weten als geen ander hoe belangrijk bekende gezichten op de groep zijn en hoe ingewikkeld het voor sommige kinderen is om steeds weer aan een nieuw gezicht te moeten wennen. Het belang van één-op-één relaties met vertrouwde volwassenen wordt door bijna alle wetenschappers op het gebied van vroegkinderlijke ontwikkeling onderstreept en is sinds enkele jaren ook doorgedrongen tot beleidsmakers en politiek.

Een vaak nog lastig uit te voeren maatregel van de nieuwe kwaliteitseisen in de wet IKK  binnen het thema ‘Stabiliteit en pedagogische maatwerk’ is het zogenaamde vaste gezichten criterium. Sinds 1 januari 2018 krijgen kinderen tot en met 12 maanden twee vaste gezichten toegewezen. Van die vaste gezichten, moet er in ieder geval altijd één aanwezig zijn voor het kind.

‘Van stabiliteit en pedagogisch maatwerk is geen sprake, laat staan van een vaste gezichten criterium’

Als een kind op een groep zit waar meer beroepskrachten op de groep staan, mag een kind maximaal drie vaste gezichten toegewezen krijgen. Kinderen vanaf 1 jaar krijgen drie, en afhankelijk van de groepsgrootte, vier pedagogisch medewerkers toegewezen. De mentor van het kind, ook in het leven geroepen om de veilige hechting te bevorderen, hoeft niet één van de vaste gezichten van het kind te zijn, maar wel als beroepskracht werkzaam zijn op de groep van het kind.

In een tijd van grote personeelstekorten en veel beweging op de arbeidsmarkt, is het voor planners en roosteraars in de kinderopvang iedere dag opnieuw een uitdaging om de poppetjes op de juiste plekken te krijgen en aan alle wet- en regelgeving te voldoen. Er zijn zelfs tips in omloop gebracht door de Brancheorganisatie Kinderopvang, om afwijken van de vaste gezichten regeling te motiveren als de inspecteur, ondanks alle inspanningen, een overtreding constateert.

Tegelijkertijd kunnen ruim 55.000 kinderen in Nederland (tijdelijk) niet meer thuis wonen. Deze kinderen zien dagelijks een karavaan van goedbedoelde hulpverleners aan zich voorbij trekken. Jaarlijks verblijven tussen de 30.000 en 35.000 kinderen in opvanglocaties met minimale speelmogelijkheden en vaak wisselende begeleiding. Van stabiliteit en pedagogisch maatwerk is geen sprake, laat staan van een vaste gezichten criterium. Net als ieder ander kind willen zij niets liever dan een warme, veilige plek met vertrouwde mensen waaraan zij zich mogen hechten.

Stabiliteit is het belangrijkste kwaliteitskenmerk van een groep. Kinderen die te maken hebben met jeugdzorg, krijgen veel verschillende hulpverleners te zien. Elke keer als ze iemand vertrouwen, raken ze diegene weer kwijt en steeds opnieuw blijven ze alleen achter. Dit veroorzaakt, boven op de nare ervaringen die ze al hebben meegemaakt, psychisch onherstelbare schade. Daarom juist ook voor deze kinderen: geef hen vertrouwde gezichten.

De week van Het Vergeten Kind loopt van 29 januari tot en met 4 februari.

‘In Nederland krijgen jaarlijks zo’n 120.000 kinderen te maken met (huiselijk) geweld. Dat betekent dat ook wij deze kinderen dagelijks tegenkomen in ons werk. Het is onze verantwoordelijkheid om misbruik, verwaarlozing en mishandeling te signaleren, te herkennen, bespreekbaar te maken én aan te pakken.’ Lees de vorige blog van Kirsten

1 REACTIE

  1. Ik lees hier: Pm’ ers in de opvang en bijna alle wetenschappers op het gebied van vroegkinderlijke ontwikkeling kennen het belang van één op één relaties. Sinds enkele jaren is het ook doorgedrongen tot politiek. Toch weten ( potientele ) ouders weinig van die eerste belangrijke eerste jaren , die cruciaal zijn voor de sociaal en emotionele ontwikkeling. Ze brengen zo makkelijk hun baby van 3 of 4 maanden naar de kinderopvang en zien de opvang als dure oppas. Waar ze ook nog eens door teveel mensen worden verzorgd. Hier kunnen ze ivm veilige hechting niet tegen. Later in de jeugdzorg is het dan achter de feiten aanlopen en wordt het een stuk moeilijker om gedrag bij te sturen. ( Zien ze teveel gezichten…) En dat kost veel geld, stress en onnodige beschuldigen bij jeugdzorg. Er is voldoende wetenschappelijke onderbouwing voor. Een kind mag nooit de dupe worden van emancipatie.

Geef je reactie

Om te kunnen reageren moet je ingelogd zijn. Heb je nog geen account, maak dan hieronder een account aan. Lees ook de spelregels.