Zij deden een eigen inventarisatie naar aanleiding van het onderzoek van de Inspectie van het Onderwijs naar de kwaliteit van voor- en vroegschoolse educatie (VVE) in de 37 grootste gemeenten. In de 37 grootste gemeenten zijn inmiddels meer plekken in het peuteronderwijs dan dat er doelgroepkinderen zijn. Dat 20 procent van deze groep desondanks niet wordt bereikt, komt omdat niet alle ouders op een uitnodiging voor een voorschool ingaan.  Peuteronderwijs is vrijwillig. Sommige ouders houden hun peuters liever thuis.

Kostwinnersgezinnen

Een groeiend aantal gemeenten stelt de voorschoolse plekken ook beschikbaar aan kinderen zonder achterstand. Dit ligt in lijn met de harmonisatieplannen. Gemeenten krijgen een apart budget om plekken voor kinderen uit kostwinnersgezinnen te financieren. Ouders betalen dan, net als ouders die gebruikmaken van kinderopvangtoeslag, een inkomensafhankelijke bijdrage voor peuteropvang. Dit is vanaf 1 januari 2018 verplicht. Gemeenten als Rotterdam, Amsterdam, Eindhoven en Almere hebben dit al zo geregeld.

Massaal bereik

Paul Leseman, hoogleraar pedagogiek aan de Universiteit Utrecht, doet sinds de jaren negentig onderzoek naar achterstandsonderwijs. In de Volkskrant zegt hij: ‘Het bereik van de voorschool is inmiddels massaal.’ Hij schat in dat rond het jaar 2000 nog maar een kwart van de achterstandskinderen naar een voorschool ging. Dat het bereik van deze peuters flink gegroeid is, is te verklaren uit de enorme investeringen die de overheid de laatste jaren heeft gedaan in achterstandsbeleid. Dit jaar alleen al 366 miljoen euro. Dit geld werd vooral verdeeld onder de grootste gemeenten omdat daar relatief meer kinderen met een (taal)achterstand wonen.

Maar de verdeling van achterstandsgeld gaat wel veranderen, kondigde staatssecretaris Sander Dekker al meerdere keren aan. Hij wil dat de focus de komende jaren meer komt te liggen op de kleine gemeenten. Uit een berekening van het CBS blijkt dat de verdeling vanaf 2018 flink op de schop gaat. Dat heeft vooral voor de grote steden nadelige consequenties. Lees meer

Effect VVE

Nog altijd blijft de discussie over het effect van VVE levend. Deze werd in 2015 door hoogleraar Kinderopvang Ruben Fukkink aangewakkerd toen uit zijn onderzoek bleek dat VVE in de huidige opzet achterstanden van kinderen niet voldoende wegwerkt. Daarop volgenden andere onderzoeken die de meerwaarde van VVE voor de ontwikkeling van jonge kinderen wel aantoonde. Onlangs nog toonde dezelfde Ruben Fukkink aan dat VVE in combinatie met videointeractiebegeleiding (VIB) wel effect heeft.