Je staat met z’n allen op de dansvloer en beweegt rustig op een gezellig instrumentaal muziekje. Dan wijs je een kind aan, bijvoorbeeld Sanne. Je vraagt: ‘Hoeveel jaar ben jij?’ Het kind zegt: ‘Drie’ of steekt drie vingers op. Je roept: ‘Sanne is drie jaar, Sanne dans maar een-twee-drie.’ En Sanne mag dan drie wilde dansbewegingen, sprongen of huppeltjes maken.
Met zijn allen
De groep herhaalt het tellen een paar keer: een-twee-drie. Vervolgens wijs je Joris aan, die zes is. Met z’n allen tel je luid: ‘Joris is een-twee-enzovoort’, terwijl Joris de show steelt met zijn dansbewegingen. Na een paar keer heeft de groep het door en wil iedereen zijn leeftijd dansen.