Eigenlijk zou er op dinsdag 25 juni een Algemeen Overleg over kinderopvang plaatsvinden in de Tweede Kamer, maar deze is afgelast. Toch ziet de Brancheorganisatie zich genoodzaakt om de politici erop te wijzen dat investeren in de kinderopvang noodzakelijk is om de BV Nederland draaiende te houden.
Duitsland en België
Nederland voldoet voor het eerst sinds jaren niet aan de zogeheten Barcelona-doelstellingen die in 2002 binnen de Europese Unie zijn afgesproken. Dit houdt in dat 90 procent van de kinderen tussen de 3 en de leerplichtige leeftijd en 33 procent van de kinderen onder de 3 jaar terecht moet kunnen in de kinderopvang. In de ons omringende landen wordt juist geïnvesteerd in kinderopvang: In Duitsland werd 15 miljard euro geïnvesteerd zodat ieder kind vanaf 1 jaar naar de opvang kan en in België wordt 3 miljoen uitgegeven om capaciteit van babyopvang te verhogen.
Tegenstrijdig
De Brancheorganisatie vindt het klimaat dat door de Nederlandse overheid wordt geschapen tegenstrijdig. ‘Terwijl minister Bussemaker vrouwen oproept deel te nemen aan het arbeidsproces en zich in te zetten voor het land en de economie, breekt minister Asscher de randvoorwaardelijkheden waaronder dit zou kunnen gebeuren steeds verder af.’
Het belang vervaagt
Investeren in kinderen is de toekomst, benadrukt de Brancheorganisatie in de brief. De generatie die nu geboren wordt, zal straks de BV Nederland draaiende moeten houden. Het valt de Brancheorganisatie op dat het besef van het belang van kinderopvang voor ouders en kinderen steeds verder vervaagt in debatten, gesprekken en bijeenkomsten rond kinderopvang.
BV Nederland
De brief wordt afgesloten met de belofte dat de Brancheorganisatie BV Nederland de komende tijd nog beter wil laten zien en voelen wat de meerwaarde van kinderopvang is. ‘Zonder kinderopvang geen arbeidsproces, geen economie en geen BV Nederland’.