1. Zorg ervoor dat je tijdens het werk een momentje voor jezelf hebt: ‘Dit hoeft echt niet elke dag, alleen als je het gevoel hebt dat je het nodig hebt. Bijvoorbeeld als je hoofd overloopt en je gestrest bent. Ga dan bijvoorbeeld een paar minuten naar het toilet en op de bril zitten. Sluit je ogen en zorg ervoor dat je een lage buikademhaling heb. Probeer je aandacht puur en alleen bij je ademhaling te houden. Als je merkt dat je gedachten teruggaan naar je werk, breng ze dan weer terug bij je buikademhaling. Op deze manier kun je je hoofd even “leeg” maken en weer opgeladen aan de slag.’

2. Houd je focus bij datgene waar je mee bezig bent, zodat je het af kunt maken: ‘Soms komen er veel dingen tegelijk op je af. Als je bijvoorbeeld met een kind bezig bent, kan een collega tussendoor een vraag aan je stellen. Geef dan aan dat je eerst afmaakt waar je mee bezig bent, voor je haar te woord kunt staan. Op deze manier bewaar je de rust en kun je je werk zo goed mogelijk doen.’

3. Accepteer dat dingen zijn zoals ze zijn: ‘Misschien kun je het niet vinden met een klagende moeder, of erger je je aan een vader die per se wilt dat je voor het kind zorgt zoals hij dat wil. Je kunt de dialoog aangaan, maar als dit niks uithaalt, probeer dit soort zaken dan te accepteren zoals ze te zijn. Besef ook dat je misschien niet kunt veranderen hoe de ander tegen jou doet, maar wel hoe je hier zelf mee om kunt gaan. Als je dit oefent, merk je dat je dingen makkelijker kunt loslaten, waardoor je minder stress op je werk ervaart.’

4. Laat je mobiele telefoon een dagje thuis: ‘Een smartphone brengt vaak heel veel onrust met zich mee. Het stoort je tijdens je werk, en zorgt voor meer drukte in je hoofd. Is het nou echt van belang dat je dat ding bij je hebt? Als je echt niet zonder kan, zet hem dan op stil. En als je dat óók niet kunt, maak dan in elk geval eerst af waar je mee bezig bent, en check dan je telefoon. Een andere optie is om met jezelf af te spreken dat je maar vier keer per dag op je telefoon kijkt, bijvoorbeeld om 10.00 – 13.00 – 16.00 en 20.00 uur.’

5. Focus je op hoe je loopt: ‘We hebben de neiging om vaak heel gejaagd van A naar B te lopen. Let eens bewust op hoe je loopt. Zet eerst je hak neer, en rol bewust je voet af. Loop eens een keer in plaats van in tien stappen in twintig stappen naar de een andere ruimte, of naar buiten. Je zult merken dat je je minder gejaagd of gespannen zult voelen.’

Wil je meer info over dit onderwerp of een workshop van Ciska volgen? Stuur haar dan een mailtje: bodyfit@live.nl