En dus begonnen ze een actie. ‘Die loopt als een speer, er is ook heel veel media-aandacht voor’, vertelt Marieke Bol, locatieleider bij Stichting Kanz. De kinderen zijn vastberaden om 20.000 euro binnenhalen. ‘Ze zamelen legge flessen in, houden op het schoolplein een carwash met cupcakeverkoop, ze organiseren een sponsorloop en zijn bezig met het aanvragen van allerlei subsidies. Een ingewikkeld, maar leerzaam project.’ Komende vrijdag gaan ze met de leerkracht van groep 8 subsidieaanvragen invullen.
Voelmuur
Het rolstoelvriendelijke parcours heeft objecten waar bijvoorbeeld muziek uitkomt of een voelmuur die de tastzintuigen prikkelt. Een rolstoeltoegankelijke zandtafel bij de zandbak en zelfs een speciale rolstoelschommel maken het compleet. Wanneer het af moet zijn? ‘We hopen heel erg dat het lukt voordat de kinderen van groep 8 van school zijn, zodat ze er nog even samen mee kunnen spelen.’
Duur
Sinds twee jaar zijn er Samen naar School-klassen op IKC Oudkarspel, en vanaf het begin hebben de reguliere leerlingen deze groepen ‘omarmd’. Deze leerlingen hebben hun eigen lokalen en een onderwijsaanbod op maat, maar doen zoveel mogelijk samen met de andere kinderen. Zoals ook het buitenspelen. Maar de 8e-groepers merkten dat het voor de kinderen in een rolstoel saai werd: ‘Dat vonden we niet leuk en niet eerlijk.’ En zo belandde er een briefje met handtekeningen op het bureau van IKC-directeur Ariane Breimer. Met het verzoek of ze mee wilde denken over de mogelijkheden voor een aangepast schoolplein. ‘We weten dat het duur is, maar willen graag helpen’, aldus de jonge briefschrijvers.
Trotse directeur
Breimer twijfelde niet en ging daar direct mee aan de slag: ‘Ik ben een groot voorstander van dit soort initiatieven! Wat leeft onder de kinderen vind ik belangrijk. Vanaf het begin van de samenwerking met Kanz waren we bezig met de organisatorische dingen ín het gebouw. Wij waren zo druk met het IKC aan de binnenkant, dat we aan de buitenruimte zomaar voorbij gingen. Dan is het juist fijn als kinderen zelf opmerken dat er nog iets mist. Hoe ze er nu mee bezig zijn, is voor mij hartverwarmend. Ik ben een heel trotse directeur.’
De actie van groep 8 komt – toeval bestaat niet – bijna gelijktijdig met de petitie die Stichting Het Gehandicapte Kind vorige week aan het Ministerie van OCW aanbood. Directeur van de stichting Henk-Willem Laan licht toe: ‘Er zijn op dit moment 44 Samen naar School klassen in Nederland, en dat vinden we veel te weinig. Wij vragen om meer budget zodat alle 10.000 kinderen die een leerplichtontheffing hebben, wél naar school kunnen.’ Hij gelooft dat de duizenden kinderen met het stempel ‘niet leerbaar’ ook recht op onderwijs hebben. ‘Alle kinderen zijn leerbaar, daar geloven wij in. In Nederland zitten kinderen met een handicap altijd op een aparte plek. Maar voor álle kinderen is het beter om bij andere kinderen te zijn.’
Muur
Ook elk kind kan leren en zich ontwikkelen, stelt Laan. ‘Dat moet goed gefinancierd worden vanuit zorg en vanuit onderwijs – daar komt het bij elkaar. Sloop die muur tussen zorg en onderwijs: erken de Samen naar School-klassen ook als onderwijs en financier ze daar ook op’, is zijn oproep aan de politiek. De verwachtingen van de petitie zijn hoog: het doel is dat er in de komende paar jaar 350 Samen naar School-klassen ontstaan.
De i van inclusief
In Oudkarspel staan de letters IKC voor Inclusief Kansrijke Communitie. Dat past in het plaatje dat Henk-Willem Laan ook heeft: ‘IKC staat nu voor Integraal Kindcentrum. Mijn ideaalbeeld is dat de i staat voor inclusief. Alle onderwijs, zorg en opvang samen in één kindcentrum: misschien is het verschil al helemaal niet zo groot meer. Tegen elk kind, met of zonder handicap, moeten we zeggen: ‘Je bent van harte welkom, en wij regelen wat jij nodig hebt.’
Normaal
Terug naar IKC Oudkarspel, waar directeur Ariane Breimer haar school ziet als de ‘ultieme vorm’ van inclusiviteit. ‘Als ik kijk wat hier mogelijk is, kun je bijna zeggen dat we het onmogelijke mogelijk maken voor de kinderen met een meervoudige beperking. Zelf kind geweest in een dorp met aan twee zijden een instelling voor kinderen met een verstandelijke beperking, weet Breimer uit eigen ervaring hoe goed het is voor álle kinderen om met elkaar op te groeien. Voor haar was het altijd normaal dat kinderen met een beperking deel uitmaakten van de gemeenschap. ‘Dat je ziet dat het allemaal niet zo vanzelfsprekend is om lopend of fietsend naar school te gaan en achter je tafeltje naar de juf kunt gaan luisteren. Er zijn ook kinderen voor wie dat anders is. De kennismaking met die andere kinderen gun ik de kinderen in Oudkarspel ook.’
Logisch moment
Breimer realiseert zich dat dat niet overal mogelijk is, maar in Oudkarspel vielen ‘alle puzzelstukjes op het juiste moment in elkaar’. Zo was er de opdracht om van twee naast elkaar gelegen scholen één te maken. ‘Dit was hét moment om over te gaan naar een IKC. Toen we in de laatste fase van de verbouwing zaten, hoorden we dat op korte termijn twee Kanz-klassen dakloos zouden worden. In mijn IKC hadden twee lokalen nog geen bestemming. Dit was zó een logisch moment om die samenwerking aan te gaan.’
Aanpassingsvermogen
Breimer vindt een intrinsieke motivatie belangrijk voor wie een Samen naar School-klas wil starten. ‘Als je op deze manier inclusie wilt aanbieden, moet je het echt willen. Vervolgens moet je zorgen dat je er de ruimte voor hebt en dat die toegankelijk voor een rolstoel kan worden.’ Daarnaast vraagt het ook een flexibele instelling, zegt Breimer: ‘Je hebt drie tot zes kinderen in één klaslokaal met verzorgers eromheen, naast een gewone klas met dertig kinderen. Dat vraagt aanpassingsvermogen en acceptatie van alle kanten.’
Vaarwater
Ook goede afspraken over de randvoorwaarden, zoals bijvoorbeeld de financiën, zijn volgens haar een vereiste. ‘We hebben veel overleg, maar verschillende verantwoordelijkheden. Je moet zorgen dat je niet in elkaar vaarwater zit, en heel erg de wens hebben om samen te werken. In het begin is het een beetje snuffelen aan elkaar, maar na verloop van tijd ervaar je vaak niet meer dat je verschillende organisaties bent. Dat is een proces, en dat kost tijd.’
Cadeautje
Die interne drive was bij Breimer duidelijk aanwezig. Haar droom? ‘Wat er nú gebeurt. Wat voor mij al vanzelfsprekend was, hoopte ik dat het hier ging gebeuren: dat de kinderen door de handicap heen zouden kijken en dat ze de kinderen van Kanz zouden omarmen, dat ze hun vriendjes en vriendinnetjes zouden worden. Dít was wat ik voor ogen had. Ik zie het als een cadeautje dat deze klassen bij ons IKC horen.’
Meer zien? Bekijk hier het item dat het jeugdjournaal maakte op IKC Oudkarspel.