Artikel bewaren

Je hebt een account nodig om artikelen in je profiel op te slaan

Login of Maak een account aan
Reacties0

Medewerker gastouderbureau mag rechtsbijstand verlenen

Een medewerker van een gastouderbureau mag zich een beroepsmatig rechtsbijstandverlener noemen, mits hij of zij voldoende scholing en/of werkervaring heeft opgebouwd op dit gebied. Dit blijkt uit een uitspraak van rechtbank Den Haag in een zaak die was aangespannen door gastouderbureau Roodkapje.
Medewerker gastouderbureau mag rechtsbijstand verlenen
Foto: ANP Xtra

Het gastouderbureau spande de zaak aan tegen de Belastingdienst, die weigerde de kosten voor de bezwaarfase te vergoeden. Als ouders via de medewerker van het gastouderbureau bezwaar aantekenen over kinderopvangtoeslag, dan hebben ouders recht op rechtsbijstand en de daarbij behorende onkostenvergoeding. De Belastingdienst vergoedt gemaakte kosten, bijvoorbeeld voor het indienden van een bezwaarschrift: 243 euro. Maar dat bedrag is hoger als ouders meer kosten maken.

Opleiding

Voorheen waren het alleen juristen die zich een beroepsmatig rechtsbijstandverlener mochten noemen, maar de laatste jaren verschoof die grens al naar de WOZ-adviseur en de belastingadviseur. Officieel gezien moet een rechtsbijstandverlener een juridische opleiding hebben genoten om zich beroepsmatig met de materie bezig te houden.

Werkervaring

Bij de medewerker van gastouderbureau Roodkapje was dit niet het geval. Toch was dat volgens de rechter geen reden om de positie van de medewerker als rechtsbijstandverlener ter discussie te stellen. De medewerker had namelijk veel ervaring opgebouwd. Ze werkte al sinds 2007 als bezwaarbehandelaar voor het gastouderbureau en dat onder leiding van een fiscaal econoom en een jurist. De medewerker had in die tijd ruim 400 bezwaarschriften behandeld. Voor de rechter genoeg praktijkervaring om gelijkwaardig te zijn aan een juridische scholing.

Hoger beroep

Davy Jansen, behandelaar van de zaak, reageert opgetogen over het resultaat, maar is ook niet verbaasd.  Als de wetgever daadwerkelijk op deze manier de eis van juridische scholing wil stellen, had men dat duidelijker vast moeten leggen. Hij verwacht dat de Belastingdienst in hoger beroep zal gaan na de uitspraak, maar ziet de afloop van de procedure met vertrouwen tegemoet.

Geef je reactie

Om te kunnen reageren moet je ingelogd zijn. Heb je nog geen account, maak dan hieronder een account aan. Lees ook de spelregels.