Kinderopvang verkiest papieren prentenboeken boven digitale

Uit het onderzoek blijkt dat de opkomst van digitale prentenboeken nog niet veel terrein heeft gewonnen in de kinderopvang, ondanks de positieve effecten op de taalvaardigheid van jonge kinderen.

Op verzoek van de Koninklijke Bibliotheek en Stichting Lezen heeft de Erasmus Universiteit onderzoek gedaan naar het gebruik van digitale prentenboeken in de kinderopvang. Het onderzoek richtte zich op vijf thema’s: het doel van de inzet, de kenmerken van de uitvoering, de randvoorwaarden, de ervaringen van pedagogisch medewerkers en het bevorderen van thuisgebruik.

Eerst papier, dan digitaal

Uit het onderzoek blijkt dat de digitale prentenboeken met name worden gebruikt om de taalontwikkeling en het leesplezier te stimuleren, om het lezen van papieren prentenboeken te ondersteunen en om rustmomenten te creëren. 40 procent van de kinderopvanglocaties maakt gebruik van digitale prentenboeken, en dan met name van geanimeerde prentenboeken. Bijna de helft van de pm’ers laat kinderen (ook) naar voorleesfilmpjes kijken. Pedagogisch medewerkers bieden vaak eerst het papieren boek aan, gevolgd door de digitale versie, omdat ze geloven dat herhaling van het verhaal het taalaanbod versterkt en bijdraagt aan een dieper begrip van woorden, wat ook blijkt uit wetenschappelijk onderzoek.

Minder interactie

Pedagogisch medewerkers hebben overwegend positieve ervaringen met digitale prentenboeken, maar geven wel de voorkeur aan papieren prentenboeken. Zeven op de tien pm’ers geeft aan dat er minder interactie is bij het voorlezen van digitale prentenboeken en pm’ers vinden het onnatuurlijk om een digitaal prentenboek te pauzeren voor een gesprek. Desondanks proberen negen op de tien medewerkers toch interactie te bevorderen door met de kinderen te praten over het boek.

De belangrijkste redenen waarom zes op de tien kinderopvanginstellingen geen gebruik maken van digitale prentenboeken zijn het ontbreken van ervaring met digitale boeken, gebrek aan apparatuur zoals computers, en een onvoldoende aanbod van digitale prentenboeken.

Conclusie

Kortom: kinderopvanglocaties die digitale prentenboeken gebruiken, zien ze als een waardevolle aanvulling op papieren boeken. Het ontbreken van aanbod, ervaring en apparaten zijn de belangrijkste redenen waarom sommige instellingen geen gebruik maken van digitale prentenboeken. Vanuit het leesbevorderingsprogramma BoekStart worden ouders en pedagogisch medewerkers geadviseerd om kinderen pas vanaf twee jaar te laten beginnen met digitale prentenboeken.

• Bekijk de factsheet Gebruik van ervaringen met digitale prentenboeken in de kinderopvang >>
• Liever het volledige onderzoek lezen? Dat vind je hier >>

Bron: lezen.nl