
Uit het FNV-onderzoek blijkt dat een derde van de zorgmedewerkers minder vrij konden nemen. In branches waar met jaarurensystematiek wordt gewerkt, zoals in de kinderopvang, is geschoven met uren, waardoor ze minder verlof konden opbouwen. Voor alle zorg- en welzijnsmedewerkers geldt dat 33 procent van met de huidige urenverdeling onvoldoende tot rust kan komen. In de kinderopvang is dit 36 procent.
Opvallend is dat de verschillende maatregelen om de administratieve lasten tijdens de corona-pandemie terug te dringen, weinig effect lijken te hebben gehad. Bijna de helft van de medewerkers geeft aan dat ze de afgelopen anderhalf jaar juist méér administratieve taken erbij kreeg. Dit geldt vooral voor de kinderopvang, de apotheken en de jeugdzorg.
Papierwinkel
Daarmee lijkt de papierwinkel in de sector onverminderd door te groeien, aldus de FNV. Gemiddeld bestaat twee derde van de werkdag van een zorg/hulpverlener uit direct contact met cliënten, patiënten en kinderen. Het restant van de dag vullen zij met administratieve taken en met schoonmaken.
Een op de vijf medewerkers overweegt om deze redenen werk te zoeken in een andere sector. Ook hier scoort de kinderopvang met 24 procent bovengemiddeld hoog.
Veilige plek
De kinderopvang wordt wel als een relatief veilige plek om te werken beschouwd. 29 procent van de deelnemers aan het onderzoek voelt zich altijd veilig op de werkvloer. In de kinderopvang is dit 38 procent. Dit is overigens wel een grote achteruitgang vergeleken met twee jaar geleden, toen dit cijfer nog 58 procent bedroeg. De reden hiervoor is niet bekend.