Staatssecretaris Snel heeft nu toegezegd dat de directeur van de dienst Toeslagen met alle betrokken ouders van lopende en afgeronde zaken in gesprek zal gaan.
‘Weeg belang kind mee’
In het debat over het onterecht stopzetten van de kinderopvangtoeslag werden staatssecretaris Snel van Financiën en de Belastingdienst hard aangepakt. De staatssecretaris werd door meerdere partijen gevraagd om openheid van zaken te geven en te stoppen met de geautomatiseerde zwarte lijsten waar de ouders op terecht waren gekomen en moeilijk vanaf konden komen. Gevraagd werd welke extra compensatie geboden kan worden, maar ook om bij dergelijke besluiten de belangen van het kind beter mee te wegen. Veel kinderen hebben immers last gehad van de stressvolle situatie binnen het gezin en ouders zijn in problemen geraakt. Mensen hebben werk verloren, zijn in de schuldsanering terecht gekomen en overspannen geraakt. Ook werden de gevolgen voor de gastouderbureaus aan de orde gesteld: zijn er bureaus failliet gegaan en zijn de bureaus gecompenseerd?
Opnieuw excuses
Ook vandaag bood de staatssecretaris uitgebreid zijn excuses aan: ‘Bij de uitvoering van deze casus is een hele hoop misgegaan.’ Hij benoemt opnieuw dat de toeslagen niet zomaar hadden mogen worden stopgezet. ‘Ouders zijn vervolgens onvoldoende geholpen door de Belastingdienst bij nieuwe aanvragen. Nieuwe aanvragen zijn veel te lang blijven liggen. Ouders zijn onvoldoende geïnformeerd welke stukken ze moesten aanleveren. De Belastingdienst heeft te weinig pro-actief opgetreden. Deze conclusies zijn gedeeld door de Raad van State, de Ombudsman, de Kinderombudsman.’
10 miljoen zaken nagelopen
Vervolgens gaat hij in op de genomen maatregelen om het vertrouwen in de Belastingdienst te herstellen en schrijnende gevallen in de toekomst te voorkomen. ‘De landsadvocaat heeft in alle gevallen, ook de afgehandelde bezwaren of zaken waarin geen bezwaar was ingediend, opnieuw beoordeeld of voldoende stukken aanwezig waren in zaken en pro-actief gekeken of een ruimhartige verstrekking moet worden toegepast. Daarnaast zijn nog eens 10 miljoen documenten andere zaken nagelopen om te kijken of daar niet iets mis was gegaan.’ De staatssecretaris benoemt ook de compensatie voor materiële en immateriële schade van € 500,00 per half jaar voor de getroffen ouders.
In gesprek met de ouders
Na vragen van Tweede Kamerleden doet staatssecretaris Snel uit de doeken hoeveel lopende zaken er momenteel nog zijn. Het blijkt te gaan om 14 hoger beroepzaken, 6 zaken die bij de rechtbank liggen en 8 zaken bij de Raad van State. Al deze zaken zijn nog onder de rechter. In een aantal zaken is een zittingsdatum nog niet gepland. De staatssecretaris zegt dat hij zich niet mengen in de lopende zaken. Waarna hij na enig aandringen van de Tweede Kamerleden, toezegt dat de directeur van de dienst Toeslagen met alle betrokken ouders in gesprek zal gaan over de zaken om misverstanden weg te nemen. Zo is er naar zijn mening misverstand over de inzet van de landsadvocaat. Mensen voelen zich geïntimideerd volgens de Tweede Kamerleden en Snel wil dat gevoel graag wegnemen.
Tientallen procedures
Tientallen gezinnen kregen in 2014 te horen dat de kinderopvangtoeslag per direct werd stopgezet en dat zij onterecht kinderopvangtoeslag hadden ontvangen. Dat had tot gevolg dat sommige gezinnen duizenden euro’s terug moesten betalen aan de fiscus, ouders moesten stoppen met werken omdat zij de opvang niet meer konden betalen en een deel van hen voer(d)en langlopende rechtszaken tegen de Belastingdienst.
‘Belastingdienst ging roekeloos te werk’
Sinds 2014 zijn er door de getroffen ouders procedures gevoerd tegen de Belastingdienst. Volgens de fiscus was er sprake van een vermoeden van fraude bij een gastouderbureau, waardoor alle ingeschreven ouders het recht op kinderopvangtoeslag werd ontzegd. Op 8 maart 2017 deed de Raad van State uitspraak in de zaak: de Belastingdienst was roekeloos te werk gegaan. De Nationale ombudsman Reinier van Zutphen reageerde in dit rapport: ‘De Belastingdienst heeft de ouders door deze ongenuanceerde aanpak in een onmogelijke positie, grote financiële problemen en langdurige onzekerheid gebracht.’