Scholen hebben bijna zomervakantie, maar bso’s blijven open. Kinderen zullen daar hele dagen doorbrengen. Nu er activiteitenprogramma’s opgesteld worden en groepen en personeelsroosters in de maak zijn, is het volgens BMK van groot belang dat organisaties weten wat er mogelijk is. Ze pleiten voor het loslaten van cohortering, want dit is voor bso’s een belangrijke factor om een zomerprogramma te kunnen realiseren.

Vreemd

Eén van de argumenten – naast de dalende besmettingscijfers – is dat kinderen logischerwijs in de zomer meer buiten spelen, waar de kans dat je iets oploopt, kleiner is. Maar ook –  zo staat in het pleidooi – verhoudt het uitblijven van de versoepelingen voor bso en kinderopvang zich vreemd ten opzichte van de versoepelingen die wél gelden voor het VO, sport en de rest van de maatschappij.

Strikt

Elles Drop, clustermanager bso bij kinderopvangorganisatie Stichting Kwest, vindt het een herkenbaar verhaal. ‘Het komt natuurlijk ook bij de organisaties vandaan. Bso’s geven aan: dit gaat zo niet langer. Als wij alle adviezen strikt zouden opvolgen, zou de bso simpelweg niet open kunnen. Daar is niemand bij gebaat.’

Camping

Met het oog op de komende zomerperiode probeert Stichting Kwest grotendeels dezelfde groepsindeling aan te houden als in de afgelopen maanden. Maar na lang wikken en wegen heeft de organisatie nu toch een sportdag voor de zomer georganiseerd: ‘Heel lang hebben we gedacht: dat gaan we niet doen. Maar als kinderen op de camping in Frankrijk kunnen samen spelen, dan moet het hier ook kunnen. Als de overheid straks zegt: het mag niet, dan gaat het natuurlijk niet door. Maar ik hoop zó dat dat niet nodig is. Dat kinderen straks weer lekker met iedereen mogen spelen en in het groepje zitten waarin ze willen. Dat ze weer door elkaar heen kunnen lopen en rennen, vrij zijn, zoals het hoort.’

Onnatuurlijk

BMK maakt zich in het pleidooi ook zorgen over psychische gevolgen van de cohortering. ‘Kinderen zijn bezig met niet-mogen, terwijl ze zouden moeten ontdekken en onderzoeken. Het fysiek afstand moeten houden werkt, naast letterlijke afstand, bovendien ook sociale en emotionele afstand in de hand, terwijl een gevoel van sociaal-emotionele veiligheid voorwaarde is om te komen tot ontwikkeling.  Vriendjes, broertjes en zusjes mogen op de kinderopvang en bso soms niet met elkaar spelen als gevolg van de cohortering. Dit voelt onnatuurlijk.’

Leden-enquête

Op 15 juni ontvangen alle BMK-leden een korte uitvraag over de mate waarin men tegen de cohortering aan loopt. BMK is benieuwd naar concrete voorbeelden van situaties die in de praktijk door de cohorten en bubbels ontstaan en soms verre van logisch zijn. Deze cijfers en inzichten onderbouwen het pleidooi voor versoepelingen voor de kinderopvang richting het OMT.