De subsidieregeling werd voor afgelopen zomer (2020) ontwikkeld als reparerende maatregel na de bijna drie maanden durende coronasluiting in het voorjaar. Om VE-programma’s in te halen gaf de subsidie VE-aanbieders de mogelijkheid dit te doen in de schoolvakanties. Door kinderen met een VE-indicatie in de schoolvakanties extra ontwikkelingsstimulering te bieden, kon het verder oplopen van achterstanden worden voorkomen. Hiervoor trok OCW 7 miljoen euro uit, waarvan slechts 2 miljoen euro is benut.
Verkeerde timing
Dit bleek, na rondvraag onder leden van de branchepartijen, onder andere veroorzaakt door de timing van de aanvraagtermijn, vlak ná de heropening en vlak vóór de zomervakantie. Organisaties hadden te weinig tijd om te polsen bij ouders of er animo was voor aanvullende VE-programma’s in de vakantie, de subsidieaanvraag in te dienen én de organisaties rond te krijgen.
Positieve reacties
Waar de aanvullende VE-programma’s wel gerealiseerd konden worden, werd positief gereageerd. Ouders waren blij met het aanbod, kinderen hadden het naar hun zin en pedagogisch medewerkers zagen de positieve effecten.
Tweede aanvraagtermijn
Organisaties geven dan ook aan dat zij graag gebruik zouden maken van een tweede aanvraagtermijn, wanneer het in de eerste aanvraagtermijn vanwege praktische obstakels niet is gelukt de subsidie aan te vragen.
Optimale ontwikkelingskans
Wel verzoeken de branchepartijen aan minister Slob de subsidiebepaling dat er minimaal 5 peuters moeten deelnemen, te laten vervallen. ‘We willen alle kinderen optimale kansen bieden. Extra aanbod is niet alleen van groot belang voor de kinderen in de basisschool-leeftijd, maar ook voor de peuters met een doelgroep-indicatie. Het biedt een compensatie voor de discontinuïteit in het gebruik van de VE als gevolg van COVID-19.’