Zo heb ik mij nooit kunnen voorstellen dat het voor kinderen leuk is om een hele ochtend in één klaslokaal door te brengen en alleen even 15 minuten buiten te mogen luchten. Volgens mij werkt dat niet goed bij kinderen. En wetenschappers bevestigen dat eigenlijk ook wel: hersenen hebben zuurstof en beweging nodig om goed te kunnen leren.
Jaren geleden was het heel normaal dat ergens in school een lokaal multifunctioneel gebruikt kon worden met de bso samen. Je schoof wat tafels aan de kant, zetten er een bank neer en met een multifunctionele kast werd de boekenkast ineens een spelletjeskast. Gelukkig is dat ondertussen aardig verdwenen! Maar dan nog heb ik mijn vraagtekens of een hele dag in één gebouw goed is voor kinderen. Is het niet veel fijner om even ‘uit school’ te stappen?
Wanneer we nu écht durven denken vanuit het kind, wat zou dan het antwoord zijn? Want ik heb écht niets met ‘lekker gemakkelijk: op één plek brengen en op één plek weer ophalen’.
Je start om 07.00 uur op het schoolgebouw op de VSO, gaat daarna naar je klas om 08.30 uur, hebt even pauze en gaat vervolgens weer je klas in tot 14.30 uur. Daarna hoef je je jas niet eens aan te trekken want de bso is één deur verder.
Je speelt weer met dezelfde kinderen waarmee je in de klas zit. Je vrienden! Of erger, je moet weer in de omgeving zijn van die jongen die jou de hele dag al dwars zit. Die je niet kunt uitstaan omdat hij jou altijd moet hebben. Maar tja, de bso zit nou eenmaal in school en er is geen escape. En om 18.30 uur ga je naar huis.
‘Je stapt letterlijk én figuurlijk uit school, leegt je hoofd tijdens de wandeling naar de bso’
Begrijp mij goed, samenwerking met scholen is uitermate belangrijk en in het belang van kinderen. En dat doet bijna iedere kinderopvangorganisatie ook. Overdracht, afstemmen, wat is het beste voor het kind? Wij zitten met onze organisatie, met twee locaties, in een school. De één is een brede school met ontzettend veel buitenruimte, veel binnenruimte, veel aanbod in diversiteit. En de andere bso heeft een volledig eigen entree, is heel anders ingericht en lijkt niet op school. Maar belangrijker: de ouders en de kinderen zijn niet verplicht om de kinderen daar naar school te doen en daar naar de bso te doen. We hebben een breed aanbod aan bso’s. De één zit op het sportveld, de ander midden in de weilanden. Je moet je jas aantrekken om naar de bso te gaan. Je stapt letterlijk én figuurlijk uit school, leegt je hoofd tijdens de wandeling naar een ander gebouw of een andere plek/entree, je kan je even losmaken van het misschien vervelende moment met dat ene jongetje in je klas.
Ik denk dat kinderen zich daar heel fijn bij voelen. Dat ze de keuze krijgen om naar een boerderij-bso te gaan of naar een sport-bso of een kunst-bso. Dat ze om de hoek naar de gastouder kunnen gaan of naar oma twee straten verderop. Het gaat niet om ‘praktisch’ of ‘lekker gemakkelijk’ het gaat om waar je kind gelukkig van wordt.
Vroeger, in mijn schooltijd, ging ik ná school naar de pony’s bij de boerderij, klom ik boompje op het laantje en ging ik spelen bij Eline, Marcella of Vanessa. Ik kon kiezen. Ik ging een keer per week naar ballet en later naar paardrijden. Maar we komen steeds meer in een maatschappij terecht waarbij beide ouders werken en soms zelfs de hele week. Dat is prima, mits er goede en fijne kinderopvang/bso is waarbij kinderen ruimte ervaren en zich fijn kunnen voelen. Waar een keuze is en een escape. Ik ben niet tegen een IKC of een brede school, maar ik ben voorstander van vrije keuzes en kiezen voor iets waar je je fijn bij voelt. Waarbij aan het eind van de dag het kind tegen zijn vader zegt: ‘Pap, het was een top dag vandaag!’
Dank je.
Gelukkig las ik jouw blog nog na het verhaal van de meneer van PACT.
Een verademing…. Net als voor de kinderen wanneer zij van het schoolplein afgehaald worden om een heerlijke middag te gaan doorbrengen op een plek die bij hun past welke ze zoveel meer brengt dan een ‘verlengde of verrijkte schooldag’.