Artikel bewaren

Je hebt een account nodig om artikelen in je profiel op te slaan

Login of Maak een account aan
Reacties0

‘Baken de rol van de pedagogisch coach goed af’

Om te zorgen dat pedagogisch coaches hun werk zo goed mogelijk kunnen doen, zijn twee zaken cruciaal. De rol die de coach aanneemt en een goede relatie met de gecoachte medewerker. Dat concludeert Seynabou Kane in haar master thesis.
Foto: fizkes / Getty imags / iStock

Sinds 2022 zijn kinderopvangorganisaties met voor- en vroegschoolse educatie (VVE) verplicht om een pedagogisch coach te hebben. De gedachte hierbij is dat door de professionele ontwikkeling van pm’ers te stimuleren, meteen ook de kwaliteit in de voor- en vroegschoolse educatie wordt versterkt. Maar hoe kan de pedagogisch coach het beste te werk gaan om optimale resultaten te boeken? Seynabou Kane wijdde haar masterthesis voor de studie Youth, education and society (Universiteit Utrecht) aan deze vraag. Dat deed ze in overleg met haar stagebegeleiders bij Sardes, het kenniscentrum dat zich al langer bezighoudt met dit thema. Ze richtte zich vooral op de relatie tussen coach en coachee, omdat dat een van de werkzame elementen is voor een succesvolle professionele ontwikkeling. Ze hield interviews bij drie kinderopvangorganisaties met zowel coaches als pm’ers over coaching en de coachingsrelatie in de VVE.

Weerstand

Haar belangrijkste conclusie: coaches moeten pm’ers veiligheid bieden en de tijd nemen die daarvoor nodig is. Dat blijkt ook uit de titel van haar onderzoek: Ze moeten zich eerst veilig voelen. Het eerste half jaar heb ik nauwelijks gecoacht. ‘Je kunt je voorstellen dat het spannend kan zijn voor pm’ers die jarenlang met z’n tweeën op de groep hebben gestaan en grotendeels intuïtief werken’, legt Kane uit. ‘Sommige coaches moesten eerst maanden een relatie opbouwen met hun coachee, voordat ze aan het stellen van een doel toe kwamen. Dat was bij sommige pm’ers een voorwaarde om tot gedragsverandering te komen.’

Voor de coachingsrelatie maakt het veel uit welke rol de coach aanneemt, ontdekte Kane. Komt die naar aanleiding van een hulpvraag of neemt ie de rol van een expert die ongevraagd advies geeft? Je kunt je afvragen of het effectief is een coach in te zetten bij een pedagogisch medewerker die geen probleem ervaart en geen hulpvraag geformuleerd heeft, zegt Kane. ‘Ik merkte dat als coaches zich als expert opstellen, ze minder snel ingang vinden. Maar áls dat lukt, kunnen zij wel een nieuw perspectief inbrengen.’ Bij elk coachingstraject moet de vraag volgens haar luiden: wat is hier nodig? ‘Beide rollen, zowel die van de expert als die van de begeleider, zijn nuttig. Als beide kanten maar duidelijk zijn over hun verwachtingen.’ Als die duidelijkheid er niet is, kan weerstand ontstaan. Dan krijgt een coach bijvoorbeeld geen toegang tot de groep en duurt het maanden voordat ze een keer kan meekijken op de groep.

Welke positie heeft de pedagogisch coach in jouw organisatie? Wat levert het nu op? En hoe kan jij je rol in de organisatie vergroten? Hoe zorg je ervoor dat je voordeelloos coacht? Over die vragen spreken we op De Dag van de Pedagogisch Coach op vrijdag 6 oktober. Meer info of aanmelden >>

Veilige onderwerpen

Ook de houding van de coach op de groep maakt verschil. Pm’ers vinden het niet fijn om zich bekeken en beoordeeld te voelen. Het feit dat coaches een lijntje met het management hebben speelt hierbij ook een rol, vermoedt Kane. ‘Ik hoorde pm’ers zeggen dat ze het waarderen als de coach af en toe de handen uit de mouwen steekt, al heeft dat als nadeel dat die dan soms weer onvoldoende aan het coachen toekomt.’

Pm’ers formuleren regelmatig zelf een hulpvraag. Ze willen bijvoorbeeld weten wat mogelijke vervolgstappen zijn voor kinderen met een afwijkende ontwikkeling of vragen om advies over de manier waarop ze met kinderen kunnen kletsen om hun taalontwikkeling te stimuleren. Opvallend: als coaches nog geen goede relatie opgebouwd hebben met de pm’ers, stellen die laatsten vaker ‘veilige’ onderwerpen aan de orde, zoals manieren om de inrichting van de ruimte te verrijken. Ze komen minder snel met vragen die te maken hebben met hun eigen gedrag.

Dit is het eerste deel van een artikel dat eerder verscheen in Management Kinderopvang nummer 2 van 2023. Het hele artikel vind je hier >>

Geef je reactie

Om te kunnen reageren moet je ingelogd zijn. Heb je nog geen account, maak dan hieronder een account aan. Lees ook de spelregels.