Het is de Week van de Teek (19 tot en met 23 april), een week die jaarlijks gehouden wordt om aandacht te vragen voor de risico’s van tekenbeten en het voorkomen van een tekenbeet.

Voorkomen beter dan genezen

‘Ons doel is bewustzijn creëren voor het (groeiende) risico op een besmette tekenbeet en zodoende mensen te behoeden voor de zeer vervelende ziekte van Lyme, die voorkomen kan worden bij voldoende alertheid. Deze informatie is belangrijk voor iedereen die veel in contact komt met de natuur, activiteiten in de natuur aanbiedt of op een andere manier beroepsmatig baat heeft bij (verdiepende) informatie over tekenziektes’, aldus de Lymehelpdesk.

Preventieve maatregelen

Onder het motto: ‘alle kleine beetjes helpen tegen deze kleine beestjes’ legt de Lymehelpdesk uit welke preventieve maatregelen je kan nemen om een tekenbeet te voorkomen en hoe je de risico’s op ziekte na een beet zoveel mogelijk kan verkleinen.

Feiten en tips

De Lymehelpdesk geeft de volgende feiten over tekenbeten en tips ter preventie:

1. Anderhalf miljoen beten per jaar in Nederland (RIVM), de helft van de teken draagt een ziekteverwekker. De borrelia-bacterie veroorzaakt de ziekte van Lyme, maar door een tekenbeet kun je ook andere ziektes oplopen. Lees meer
2. Er zijn er grote lokale verschillen in besmettingsgraad. Zo zijn er in de steden (stadsparken) minder besmette teken dan in de natuurgebieden. Ook zijn er onderlinge verschillen tussen natuurgebieden. Op de wadden-eilanden ligt de besmettingsgraad bijvoorbeeld hoger dan in andere natuurgebieden.
3. Teken zijn actief als het zeven graden of warmer is. Het meest bij vochtig weer, langdurige droogte is hun grootste vijand.
4. Teken vind je het vaakst in: duinen, bladlagen, lang gras, struiken enz. Dit kan ook in de tuin zijn. Een op drie tekenbeten wordt in de tuin opgelopen. Teken kunnen binnenshuis vijf dagen overleven. Ze komen binnen via bijvoorbeeld huisdieren of door mee te liften op kleding.
5. Een tekenbeet voorkomen: het beste is zoveel mogelijk huid bedekken, sokken over de broekspijpen, een pet. Draag lichte kleuren, want daarop zal je een teek sneller opmerken.
   Ook: insprayen met anti-tekenmiddel (met of zonder DEET).
6. Controle, liefst dagelijks, maar zeker na bezoek aan het groen. Kleding en lichaam grondig nakijken. De teek snel en goed verwijderen verkleint de ziektekans sterk, maar geeft geen garanties. Wees dus altijd alert op symptomen.
7. Voor de kinderopvang: check ook tijdens het verschoningsmoment. Het luiergebied is een van de plekken op het lichaam waar teken zich graag nestelen. De paar uur eerder dat de teek gevonden wordt (in vergelijking tot later thuis) kan het verschil zijn tussen wel of geen klachten krijgen.
8. Een teek goed verwijderen doe je door een daarvoor ontwikkeld hulpmiddel te gebruiken. Een pincet kan ook, belangrijk is dan de teek er recht uit te trekken. Niet draaien, soms spuugt de teek dan ziekteverwekkers uit haar maag naar haar speekselklieren. Van daaruit kan ze die ziekteverwekkers overbrengen op de gebeten persoon.
9. Lang niet iedere besmetting met de ziekte van Lyme geeft de bekende rode kring of het wordt gemist, omdat het op een plek ontstaat waar je dit niet goed ziet, zoals op de hoofdhuid. De huidreactie kan er ook anders uitzien of mogelijk helemaal niet ontstaan.
   Let daarom ook op andere symptomen! Dit kan van alles zijn. Zie deze link naar de pagina over symptomen van de Lymevereniging.
10. Is er een kring te zien na een tekenbeet? Geen tijd verspillen aan bloedonderzoek, laat je met antibiotica (en eventueel probiotica) behandelen door de huisarts.