Artikel bewaren

Je hebt een account nodig om artikelen in je profiel op te slaan

Login of Maak een account aan
Reacties0

Serie De rijke schooldag: Sport als thema in de samenwerking

Beweging op een rijke schooldag is meer dan een uitgebreide les bewegingsonderwijs. Zo kan de tussenschoolse opvang een mooi moment zijn om te werken aan de motorische ontwikkeldoelen. En via spellen leren kinderen samenwerken, problemen oplossen en veel meer. Twee inspirerende voorbeelden van de rol van sport in de rijke schooldag. De vijfde aflevering in de serie van PACT voor Kindcentra.

serie-de-rijke-schooldag-sport
Foto: Humankind

‘Doorzetten, initiatief nemen, keuzes maken, samenwerken, probleemoplossend denken en creatief zijn: in sporten zitten zo veel belangrijke ontwikkeldoelen’, stelt Chris Merkx, directeur van Sport-IKC Het Startblok in het Gelderse Westervoort. ‘Mede door het beoefenen van sport kunnen kinderen zich deze en andere vaardigheden spelenderwijs eigen maken. Vandaar dat sport voor onze organisatie een belangrijk speerpunt is.’ Binnen Integraal Kindcentrum Het Startblok wordt het opvanggedeelte georganiseerd door opvangorganisatie Zonnekinderen. Die samenwerking bevalt goed. ‘We werken samen op het gebied van personeel, rooster, planning en de inspectie van de GGD.’ De visie van beide organisaties komt overeen, stelt Chris: ‘Gezondheid en beweging zijn belangrijke speerpunten. Zonnekinderen heeft een sportcoach. Wij hebben twee vakleerkrachten voor bewegingsonderwijs. Zij overleggen regelmatig met elkaar om kennis uit te wisselen en de sport- en bewegingsactiviteiten op elkaar af te stemmen.’

Variatie

Binnen de school krijgen de kinderen twee uitgebreide lessen bewegingsonderwijs van anderhalf uur per week. Een binnenles en een buitenles, waar de kinderen geïnspireerd worden tot meer buitenspelen. Chris: ‘Denk aan spellen zoals stoepranden, waarbij weinig materiaal nodig is. We zien die spellen later terug tijdens het vrij buitenspelen. Bij ons is buitenspelen erg gevarieerd en creatief. We hebben ook veel materialen, zoals tennisrackets en frisbees, waar we gezamenlijk met Zonnekinderen in geïnvesteerd hebben. Omdat dezelfde materialen beschikbaar zijn tijdens opvangtijd en schooltijd kunnen de kinderen erop voortborduren en elkaar inspireren.’

Sportfolio

Daarnaast werkt IKC Het Startblok met Sportfolio’s. ‘Ieder kind heeft een Sportfolio’, vertelt Chris, ‘waarin de tien bewegingsdoelen van “De schijf van 10” worden gevolgd: de motorische leerdoelen van het Athletics Skills Model. Leerlingen vanaf groep 3 worden hierin betrokken. Neem een bewegingsdoel als “rollen”. Dit begint bij baby’s met omrollen. Maar een wat ouder kind wil op een gegeven moment een salto leren. Dan zal hij eerst goed moeten werken aan de koprol en daarna opbouwen naar een salto. Elke stap wordt door leerkrachten of pedagogisch medewerkers geregistreerd. Toch is het echt wat anders dan een volgsysteem, omdat de kinderen er zelf bij worden betrokken. Ze leren hoe ze aan doelen kunnen werken en zijn trots op het behaalde resultaat.’

App

Uiteindelijk wil het IKC gaan werken met een app. Chris: ‘We willen dat kinderen en leerkrachten “bewijs” van behaalde bewegingsdoelen kunnen uploaden in het Sportfolio. Dit kunnen bijvoorbeeld foto’s of filmpjes zijn van het kind in actie. Daarmee wordt het ook nog eenvoudiger om te werken met een doorgaande leerlijn: ook in opvangtijd kunnen kinderen aan doelen werken en ze afvinken.’

Voor de kleuters werkt IKC Het Startblok met Motorisch Remedial Teaching. ‘We registreren als er bijvoorbeeld kinderen zijn met angst voor vallen, extra moeite hebben met vangen en gooien of een ander bewegingsdoel lastig vinden’, legt Chris uit. ‘In groepjes gaat de onderwijsassistent met deze kinderen extra oefenen. De onderwijsassistent heeft namelijk ook een sportachtergrond. Op die manier krijgen deze kinderen remedial teaching en voorkomen we latere problemen in hun motorische ontwikkeling. Maar het is meer dan remedial teaching. Het werkt vooral preventief voor latere achterstanden.’

Klimmuur

Verder lopen of rennen alle leerlingen een ‘weekly mile’. ‘Elke groep loopt wekelijks een afstand’, zegt Chris. ‘Naast dat het natuurlijk gezond is om buiten te sporten, ervaren de kinderen dat ze door trainen hun prestaties verbeteren. Verder werken alle leerkrachten veel met bewegend leren, iets wat steeds meer wordt toegepast in reken- en taalonderwijs. Wij ondersteunen dat met energizers, circuits of spellen. En in opvangtijd gaan de kinderen regelmatig naar sportclubs.’ 

Thema- en sportactiviteiten worden goed afgestemd tussen school en opvang. Chris: ‘Door goed overleg vullen we elkaar goed aan en inspireren we elkaar. Hiervoor is het belangrijk om de juiste mensen aan te nemen met een sportachtergrond. Als zij enthousiast zijn, komen er veel ideeën en initiatieven. Ik geef veel uit handen aan onze vaste vakleerkracht bewegingsonderwijs. Het is fijn als iemand het sportdeel echt coördineert en kennis, inspiratie en ideeën inbrengt voor de hele organisatie.’

Dynamische schooldag

Naast dat het onderdeel sport goed loopt, wordt er continu vernieuwd. ‘We blijven met elkaar brainstormen hoe we beweging nog meer binnen onze organisatie kunnen stimuleren’, vervolgt Chris. ‘We willen in onze gangen bijvoorbeeld hinkelbanen en misschien wel een klimmuur. We hebben subsidie aangevraagd bij het fonds voor Sportstimulering om te onderzoeken hoe we de dynamische schooldag nog beter kunnen inrichten.Ook hebben we een aanvraag uitstaan voor ondersteuning van het Sportakkoord Westervoort voor een activiteit. Dit loopt via de gemeente. Het loont erg de moeite om te kijken welke potjes er zijn op het gebied van sport en beweging. De dynamische schooldag en beweging op school zijn erg actueel op dit moment. Er wordt veel geld in gestoken om dit extra te stimuleren.’

Ook maakt Het Startblok gebruik van de expertise van ouders. ‘We zijn bezig met een aanvraag voor een buitensportactiviteit via een ouder van school die werkt bij een sportclub. Het is goed en belangrijk om de kennis en kunde van ouders te benutten.’

Sportbox tijdens tso

Bso Mirakel in Hilversum, onderdeel van Bink kinderopvang, verzorgt voor vijf scholen de tussenschoolse opvang (tso). ‘Tijdens vergaderingen bespraken we dat we best meer konden bieden tijdens deze overblijfmomenten behalve een oogje in het zeil houden’, vertelt sportleider Stef Kaashoek. ‘Als we meer met sport en spel zouden doen, was er ook minder verveling en uitdagend gedrag bij de leerlingen, zo bedachten we. Toen ontstond het idee voor sportboxen. Ik kreeg de taak om vijf boxen met spelmaterialen samen te stellen. Hierin zitten uiteenlopende materialen, van diabolo’s tot hockeysticks. Het idee is dat de kinderen de materialen kunnen verkennen en de tso-medewerkers spellen kunnen opzetten en begeleiden.’

‘Het daagt dus echt uit tot vernieuwing en variatie in het spel’

Op die manier doet de tso meer dan simpelweg kinderen bezighouden, maar worden ze motorisch uitgedaagd en leren ze nieuwe buitenspellen. ‘Bij het samenstellen van de boxen ben ik uitgegaan van de leerlijnen beweging in het primair onderwijs, zoals mikspelen, afgooispelen, doelspelen enzovoort. Zo vormen we een mooie aanvulling op de scholen. Tijdens het buitenspelen werken de kinderen dus aan dezelfde bewegingsdoelen als tijdens de lessen bewegingsonderwijs.’ De inhoud van de vijf boxen is verschillend. Wekelijks worden de boxen omgewisseld, zo hebben alle scholen elke week weer een nieuwe box en is er weer nieuw spelmateriaal voor de kinderen om te verkennen. ‘Het daagt dus echt uit tot vernieuwing en variatie in het spel van de kinderen’, stelt Stef, ‘en dus om motorisch nieuwe uitdagingen aan te gaan.’

Sportleiders 

De kinderopvangorganisatie heeft geïnvesteerd in de materialen die in de boxen zitten, maar verdient dit terug doordat de scholen betalen voor de boxen. Stef: ‘De scholen waar wij de tso voor verzorgen, kunnen kiezen of ze de boxen erbij willen. Willen ze dat, dan betalen ze hier extra voor. Tot nu toe wil elke school het. Voor scholen is het een interessante extra dienst, omdat het de schooldag voor de kinderen verrijkt. Scholen zijn zich hier bewust van. Leerkrachten hebben meestal geen tijd om spellen op te zetten tijdens het buitenspelen.’

‘Buitenspelen is ongestructureerder dan een les bewegingsonderwijs’

Vanuit BSO Mirakel in Hilversum werken veel sportleiders daarnaast ook in de tso. ‘Zij kennen dus de spellen die je met de materialen kunt doen’, vertelt Stef. ‘Zij kunnen gemakkelijk input leveren aan de kinderen, waardoor hun buitenspel dynamischer wordt. Bij organisaties waar dit niet het geval is, zou je nog instructiekaarten kunnen toevoegen aan de boxen. Daarnaast is het juist ook leuk als de kinderen hun eigen spel verzinnen met de materialen. In de eerste ronde dat de boxen rondgaan, laat ik de kinderen vooral de materialen zelf verkennen. Als ze dan voor de tweede keer de boxen krijgen, begin ik met het opzetten van spellen.’

Duurzaam

Verder geeft Stef nog als tip dat het belangrijk is om duurzame materialen te kiezen. ‘Er wordt buiten intensief mee gespeeld en het gaat langs verschillende scholen’, zegt hij. ‘We merken dat er best vaak iets kapot gaat of zoekraakt. Buitenspelen is ongestructureerder dan een les bewegingsonderwijs. Niks is verplicht en er is meer vrijheid. Daarom is het handig om een goed systeem te hebben om de boxen compleet te houden.’

Stef merkt dat voor de sportleiders en pedagogisch medewerkers de tso veel leuker is geworden, omdat ze echt wat met de kinderen doen in plaats van politieagentje spelen. Stef: ‘Er zijn veel minder conflicten tussen leerlingen en ze hebben meer plezier.’

Het Fit & Fun-team

Marike Wierink en Anja Pen werken beiden voor het Team Onderwijs en Opvang Samenwerking (TOOS) van Humankind, een landelijke organisatie voor kinderopvang. Binnen dit expertisecentrum verzamelen ze best practices, vormen ze een vraagbaak en ondersteunen ze vestigingsmanagers en schooldirecteuren die met elkaar samenwerken. ‘Het is maatwerk’, zegt Anja Pen. ‘De cirkel rondom het kind wordt steeds belangrijker en het is onze visie dat we steeds meer en intensiever willen samenwerken met scholen en in IKC’s willen participeren. Er zijn ook andere maatschappelijke partners en de gemeente bij betrokken. Je probeert die cirkels zo groot mogelijk te maken.’ 

Een mooi initiatief van Humankind dat kan worden ingezet in de rijke schooldag is het Fit & Fun-team. Anja: ‘In de regio Enschede verzorgt ons Fit & Fun-team sportactiviteiten voor peuters en kinderen op de bso. Het Fit & Fun-team komt binnen de regio een activiteit bieden op verschillende locaties. Ze kunnen in de ochtend bijvoorbeeld boventallig een activiteit bieden voor peuters en dan vervolgens de hele middag op de bso werken als pedagogisch medewerker. Hiermee kun je medewerkers weer mooie contracten bieden. En de laatste jaren worden er ook activiteiten door dit team onder schooltijd gedaan.’ 

Marike vertelt dat het accent ligt op beweegactiviteiten met afwisselende spelvormen. ‘Het Fit & Fun-team is heel inventief. Dat kunnen boksworkshops zijn, boogschieten, originele balspelletjes of iets met muziek waar kinderen op kunnen dansen; het is heel breed. Deze activiteiten worden ook ingezet op scholen. Als een IKC bijvoorbeeld een gezamenlijke sportdag wil organiseren, dan kan dit team worden ingevlogen.’ Ze vertelt dat de Fit & Fun-teamleden erg enthousiast zijn en ook veel filmpjes voor YouTube maken. (Zie het YouTubekanaal Studio Fit & Fun, red.)

Ook leerkrachten en ouders worden betrokken bij deze activiteiten; er zijn bijvoorbeeld ook ouder-kindchallenges. Marike vertelt hoe dit concept wordt ingezet voor de rijke schooldag (programma School en omgeving). ‘Kinderen uit groep 1 en 2 kunnen meedoen met de beweegactiviteiten voor peuters buiten. Of een paar kinderen uit de kleutergroep die motorisch wat meer gestimuleerd moeten worden, sluiten aan en kunnen extra oefenen. Een andere optie is het toevoegen van taal aan het bewegen; dit zijn combi’s die ook onder schooltijd aangeboden worden door medewerkers van het Fit & Fun-team. Na het regionale succes rond Enschede wordt dit concept landelijk uitgerold over alle regio’s.  

Wat is PACT?

PACT voor Kindcentra heeft zich de afgelopen jaren hard gemaakt voor een ontwikkelomgeving voor kinderen van 0 tot 13 jaar, waarin ieder kind meetelt, meedoet en leert, ongeacht herkomst, mogelijkheden en beperkingen. Een omgeving waarin professionals met plezier werken en ouders, kinderen en medewerkers samen optrekken. Kernwaarden hierbij zijn inclusief, integraal en interprofessioneel.

Belangrijk onderdeel van zo’n omgeving voor kinderen is het dagarrangement, waarin het leren van taal, rekenen en dergelijke wordt gecombineerd met een aanbod gericht op techniek, natuur, sport, cultuur en gezondheid. Zo krijgt de brede talentontwikkeling van kinderen vorm. In deze zesdelige serie wordt elke keer een thema uitgewerkt en staan voorbeelden van dagarrangementen van een kindcentrum, school of kinderopvang-/bso-locatie. Deze voorbeelden zijn altijd bouwstenen van een geheel: een breed aanbod dat je ieder kind gunt. In deze serie laten we zien hoe onderwijs en buitenschoolse opvang gezamenlijk brede talentontwikkeling stimuleren en faciliteren. 

De negen bouwstenen van een kindcentrum

Het Kohnstamm Instituut onderzocht voor PACT voor Kindcentra wat typerend is voor kindcentra. Kindcentra zetten daartoe negen bouwstenen in: een nieuwe entiteit, één visie, brede doelen en een breed aanbod, leren op maat, één team met verschillende professionals, het kindcentrum als lerende gemeenschap, kindnabije hulp, ouders en kinderen denken en doen mee, en de hele dag, het hele jaar door.

Zie ook: Wat is een kindcentrum?

Geef je reactie

Om te kunnen reageren moet je ingelogd zijn. Heb je nog geen account, maak dan hieronder een account aan. Lees ook de spelregels.