Dat blijkt uit onderzoek dat onderzoeksbureau Motivaction en voedingsfabrikant PepsiCo deden. Aan het onderzoek deden 547 respondenten mee. Zij geven aan dat er dagelijks gemiddeld 27 keer nee tegen de kinderen wordt gezegd. Ouders zeggen het drieletterwoord vooral als hun kroost iets doet dat niet mag of wanneer ze zeuren om iets lekkers. Echte nee-zeg-momenten zijn het avondeten en het ’s middags thuisspelen. Dan willen kinderen bijvoorbeeld buitenspelen, terwijl het eten bijna klaar is.
Stellen van grenzen
De belangrijkste redenen om nee te zeggen, zijn het stellen van grenzen en de wil om consequent te zijn. Zeven procent van de ouders geeft toe dat ze nee zeggen als een soort automatisme. Drie procent van de ouders zegt vaak nee, omdat ze niet zwak willen overkomen. Zesjarigen moeten het vaker ontgelden dan hun broertjes of zusjes van acht. Zesjarigen krijgen op een dag gemiddeld 31,5 keer ‘nee’ te horen, terwijl achtjarigen slechts 22 keer nee voor hun kiezen krijgen.
Schuldgevoel
Hoewel ouders vaak nee zeggen, zijn ze daar zelf niet blij mee. Een derde van de ouders schrikt ervan dat ze zo vaak nee zeggen tegen hun kinderen. 72 procent van de ouders, vooral moeders, voelt zich zelfs schuldig over hun veelvuldig ge-nee. Dit schuldgevoel groeit naarmate de kinderen ouder worden. Zestig procent van de ouders voelt zich schuldig wanneer ze nee zeggen tegen een zesjarige. Bij achtjarigen is dit percentage gegroeid naar ruim zeventig procent.
Ja-zeggen
Uit hetzelfde onderzoek blijkt dat ouders graag vaker ‘ja’ zouden willen zeggen tegen hun kinderen. Met een ja krijgt een kind namelijk een beloning. Door vaker ja te zeggen ontstaat er een positievere sfeer binnen het gezin, vindt bijna zestig procent van de ouders. Een derde van de ouders vindt bovendien dat zij vaker ja-zeggen dan hun eigen ouders tegen hen deden.
Betrap jij jezelf vaak op het woord ‘nee’ tegen kinderen? Ben je je daarvan bewust? Praat mee onder het bericht of op de Facebookpagina van Kinderopvangtotaal.
Aansluitend op de reactie van E.L. Borsje: ‘Nee’ zeggen is soms nodig maar van de in het artikel genoemde 27 x is vaak een andere oplossing. De oplossing zit mijns inziens enerzijds in het terug dringen van het ‘nee-zeggen als automatisme’. Als ouder/pedagogisch medewerker goed nadenken waartegen of waarom je ‘nee’ zegt, ook nagaan of je het kind goed begrepen hebt voordat je antwoord en ‘nee’ zegt zal de frequentie zeker doen afnemen. dan blijven er nog een aantal situaties die beter geformuleerd kunnen worden zonder de boodschap te veranderen. Zeg ‘straks, na het eten, mag je wel naar buiten’ in plaats van ‘nee, je mag niet naar buiten’. Dit voelt voor een kind beter omdat je meer begrip laat zien voor de wens van het kind en het een acceptabel alternatief biedt.
Tot slot blijven er nog een aantal ‘nee-situaties’ staan maar die zullen voor kind en opvoeder meer acceptabel voelen omdat dit er veel minder zijn dan 27 🙂
Nee zeggen hoeft niet negatief te zijn als je het maar uitlegt. B.b. Op dit moment kan je niet buitenspelen want we gaan zo eten maar als je een beetje vlot eet kan je na het eten nog even buiten spelen.Uitleg aan kinderen is heel belangrijk en dan accepteren ze het ook makkelijker als je zegt dat iets nu even niet kan.