Van deze ‘matig’ te vroeg geboren kinderen heeft op vierjarige leeftijd 8,3 procent een ontwikkelingsstoornis, ontdekte onderzoekster Jorien Kerstjens. Dat is twee keer zoveel als kinderen die op tijd geboren zijn. De problemen uitten zich onder meer in de fijne motoriek, de communicatie en het functioneren binnen een groep. Bij ernstig vroeggeborenen kwamen deze problemen voor bij 14,9 procent van de kinderen.
Vergeten groep
Volgens onderzoekster Jorien Kerstjens vormen deze te vroeg geboren kinderen een vergeten groep. Onderzoeken richtten zich namelijk tot nu toe vooral op de ernstig vroeggeborenen, die meer dan acht weken te vroeg op de wereld komen.
Ontwikkelingsproblemen
Hoe eerder de kinderen worden geboren, hoe groter het risico op ontwikkelingsproblemen is, concludeert de Groningse onderzoekster. ‘We denken dat dat komt doordat de hersenen van het kind zich in belangrijke mate in het laatste trimester van de zwangerschap ontwikkelen’, zegt ze.
Onderzoek
Kerstjens hield de ontwikkeling van 1963 kinderen bij vanaf hun derde tot hun achtste. Van hen waren 927 matig te vroeg geboren, 512 waren vroege prematuren en 524 waren op tijd geboren. De onderzoekster hoopt op 13 mei te promoveren op dit onderzoek.